Summary
French to Dutch: more detail...
-
couche-tard:
-
Wiktionary:
couche-tard → nachtbraker, nachtuil
couche-tard → avondmens, nachtbraker -
Synonyms for "couche-tard":
noctambule; fêtard; nocturne
-
Wiktionary:
French
Detailed Translations for couche-tard from French to Dutch
couche-tard: (*Using Word and Sentence Splitter)
- couche: plan; laag; niveau; stand; luier; peil; filmpje; laagje; velletje; huidje; schilletje; schaal; schelp; ligbed; sponde; grondverf; grondlaag; omhulling; eerste laag verf; bedding; rivierbedding; kweekbed; broeibak
- coucher: logeren; overnachten; plaatsen; zetten; leggen; neerleggen; neerzetten; deponeren; stationeren; overnachting; onderuit halen
- couché: uitgestrekt; liggend; gestrekt; languit; languit liggend
- tard: laat
couche-tard:
Synonyms for "couche-tard":
Wiktionary Translations for couche-tard:
couche-tard
Cross Translation:
noun
-
(familier, fr) Personne qui se couche tard.
- couche-tard → nachtbraker; nachtuil
Cross Translation:
From | To | Via |
---|---|---|
• couche-tard | → avondmens; nachtbraker | ↔ night owl — (idiomatic) one who stays up late at night or goes to bed late |