Home ->Dictionaries ->French/Dutch ->Search: sureau

French and Dutch Search Results for: sureau

Summary

French to Dutch: more detail...

sureau:
- Wiktionary:
  sureau → vlier, vlierstruik
  sureau → vlier

French

Detailed Translations for sureau from French to Dutch

sureau: ^{(*Using Word and Sentence Splitter)}

sur: aan; bij; erbij; erop; te; via; ter; zuur; wrang; zuur smakend; zurig; rins
eau: water
sûr: zeker; ongetwijfeld; vast en zeker; geheid; veilig; heus; waarachtig; waarlijk; gewis; welzeker; voorzeker; vast; reëel; feitelijk; stellig; bekend; vertrouwd; absoluut; onvoorwaardelijk; vaststaand; volstrekt; pertinent; ten enenmale; krachtig; beslist; doortastend; mondig; kordaat; ferm; krachtdadig; voor zichzelf opkomend

Spelling Suggestions for: sureau

surent; sarrau; seau; sceau; suris; surit; suriras; surira; suri; surir

Wiktionary Translations for sureau:

sureau

noun

arbre de la famille des chèvrefeuilles, dont les branches sont remplies d’une moelle tendre et abondante et qui produit des fleurs blanches d’une odeur particulier et forte, auxquelles succéder des fruits rouges-noirâtres.
- sureau → vlier; vlierstruik

Cross Translation:

From	To	Via
• sureau	→ vlier	↔ elder — Sambucus
• sureau	→ vlier	↔ Holunder — Botanik: beerentragende Pflanze aus der Gattung Sambucus (besonders die strauchigen Arten)

External Machine Translations:

Dutch

Suggestions for sureau in Dutch

Spelling Suggestions for: sureau

surplus; surfen

External Machine Translations: