Home ->Dictionaries ->French/Dutch ->Search: parsemer

French and Dutch Search Results for: parsemer

Summary

French to Dutch: more detail...

parsemer:
- Wiktionary:
  parsemer → punteren, spikkelen, stippelen, rondstrooien, uitstrooien, verstrooien, uitzaaien
  parsemer → verstrooien, verspreiden, strooien, bestrooien
- Synonyms for "parsemer":
  consteller; couvrir; joncher; recouvrir; semer; répandre; saupoudrer; disperser; éparpiller; émailler; bigarrer; disposer; piquer; enfoncer; coudre; éveiller; arrêter

French

Detailed Translations for parsemer from French to Dutch

parsemer: ^{(*Using Word and Sentence Splitter)}

par: om; vanwege; wegens; door; door middel van; middels; bij; via; ter; in; te
semer: zaaien; bezaaien; inzaaien; uitzaaien; uitstrooien
paré: versierd; gedecoreerd; opgesmukt; opgesierd

parsemer:

Synonyms for "parsemer":

consteller; couvrir; joncher; recouvrir; semer; répandre; saupoudrer; disperser; éparpiller; émailler; bigarrer; disposer; piquer; enfoncer; coudre; éveiller; arrêter

Wiktionary Translations for parsemer:

parsemer

verb

semer ou jeter çà et là ; répandre.
- parsemer → punteren; spikkelen; stippelen; rondstrooien; uitstrooien; verstrooien; uitzaaien

Cross Translation:

From	To	Via
• parsemer	→ verstrooien; verspreiden	↔ scatter — to distribute loosely
• parsemer	→ strooien; bestrooien	↔ strew — to distribute objects or pieces of something