Home ->Dictionaries ->French/Dutch ->Search: rigidité

French and Dutch Search Results for: rigidité

Summary

French to Dutch: more detail...

rigidité:
- onverzettelijkheid; onbuigzaamheid; stijfheid; starheid; stugheid; strafheid; stuursheid; stijfte; verstijfdheid

French

Detailed Translations for rigidité from French to Dutch

rigidité:

rigidité [la ~] nomen

la rigidité (intransigeance; caractère inébranlable)
de onverzettelijkheid; de onbuigzaamheid
- onverzettelijkheid [de ~ (v)] nomen
- onbuigzaamheid [de ~ (v)] nomen
la rigidité (raideur; inflexibilité; sévérité)
de stijfheid; de starheid; de stugheid; strafheid; de stuursheid
- stijfheid [de ~ (v)] nomen
- starheid [de ~ (v)] nomen
- stugheid [de ~ (v)] nomen
- strafheid [znw.] nomen
- stuursheid [de ~ (v)] nomen
la rigidité (raideur)
stijfte
- stijfte [znw.] nomen
la rigidité (raideur; gaucherie; fixité)
verstijfdheid
- verstijfdheid [znw.] nomen

Translation Matrix for rigidité:

Synonyms for "rigidité":

âpreté; rudesse; sévérité; rugosité; austérité; frugalité; ascèse; ascétisme; sobriété; restrictions; privations; froideur; sécheresse; inflexibilité; rigueur; raideur; engourdissement; ankylose; autorité; dureté; exigence

Related Translations for rigidité

avec rigidité