Interglot - rentrée: French and Dutch Search Results found in the Interglot Translation Dictionary

Summary

French to Dutch: more detail...

rentrée:
- thuiskomst; retour; terugkeer; terugreis; rentrees; terugkeren; terugkomst; rentree; thuisreis; terugreizen
Wiktionary:
- rentrée → terugkeer, terugkomst, wederkeer, wederkomst, hervatting, come-back

Dutch to French: more detail...

French

Detailed Translations for rentrée from French to Dutch

la rentrée (retour)
de thuiskomst
- thuiskomst [de ~ (v)] nomen
la rentrée (retour)
de retour; de terugkeer; de terugreis
- retour [de ~ (m)] nomen
- terugkeer [de ~ (m)] nomen
- terugreis [de ~] nomen
la rentrée (retour)
de rentrees; terugkeren
- rentrees [de ~] nomen, plural
- terugkeren [znw.] nomen
la rentrée (retour)
de terugkomst
- terugkomst [de ~ (v)] nomen
la rentrée (come-back)
de rentree
- rentree [de ~] nomen
la rentrée (voyage de retour; retour)
de terugkeer; de terugreis; de thuisreis
- terugkeer [de ~ (m)] nomen
- terugreis [de ~] nomen
- thuisreis [de ~] nomen
la rentrée (voyages de retour; retours)
de terugreizen
- terugreizen [de ~] nomen, plural

Noun	Related Translations	Other Translations
rentree	come-back; rentrée
rentrees	rentrée; retour
retour	rentrée; retour	aller-retour; billet aller-retour
terugkeer	rentrée; retour; voyage de retour
terugkeren	rentrée; retour
terugkomst	rentrée; retour
terugreis	rentrée; retour; voyage de retour
terugreizen	rentrée; retours; voyages de retour
thuiskomst	rentrée; retour
thuisreis	rentrée; retour; voyage de retour
Verb	Related Translations	Other Translations
terugkeren		faire demi-tour; rentrer; restaurer; retourner; revenir; revenir à la dernière version; rétablir; se retourner
terugreizen		retourner; revenir
Adverb	Related Translations	Other Translations
retour		en arrière; rétrograde; à reculons

rentrée

noun

Dutch

de rentree
la rentrée; le come-back
- rentrée [la ~] nomen
- come-back [le ~] nomen

Noun	Related Translations	Other Translations
come-back	rentree
rentrée	rentree	rentrees; retour; terugkeer; terugkeren; terugkomst; terugreis; terugreizen; thuiskomst; thuisreis