• Home
  • Dictionaries
  • Word Fun
  • About
  • Feedback
  • In Nederlands
Home ->Dictionaries ->French/Dutch ->Search: porte-bonheur

French and Dutch Search Results for: porte-bonheur

Remove Ads
Summary
French to Dutch:   more detail...
  1. porte-bonheur:
    The word porte-bonheur exists in our database, but we currently do not have a translation from French to Dutch.
    • Synonyms for "porte-bonheur":
      amulette; gri-gri; fétiche; mascotte; talisman


French

Detailed Translations for porte-bonheur from French to Dutch

porte-bonheur: (*Using Word and Sentence Splitter)

  • porte: deur; stadspoort; toegang; ingang; entree; inlaat; poort; gate
  • porter: dragen; aan hebben; geven; aangeven; afgeven; overgeven; overhandigen; aanreiken; toesteken; ondersteunen; steunen; torsen; gebukt gaan onder; rugsteunen; zenden; versturen; veroorzaken; aandoen; afvoeren; berokkenen; meedragen; wegslepen; wegvoeren; wegdragen; wegsjouwen; naar boven brengen; naar boven dragen; opwaarts dragen; omhoogdragen; naar boven tillen; sjouwen; zeulen; toebrengen
  • portée: reikwijdte; range; verspreidingsgebied; draagwijdte; bereik; bandbreedte; inhoud; betekenis; notenbalk; volume; grootte in de ruimte; bedoeling; spanwijdte; beduiding; beduidenis; geest; strekking; teneur; hoorbereik; gehoorsafstand
  • bonheur: geluk; fortuin; gelukkigheid; het gelukkig-zijn; bof; geluk hebbend; heerlijkheid; gelukzaligheid; welzijn; voorspoed; heil; welvaart; welvarendheid

porte-bonheur:


Synonyms for "porte-bonheur":

  • amulette; gri-gri; fétiche; mascotte; talisman

Related Translations for porte-bonheur

  • bonheur
  • porter
  • portée
  • porte




Remove Ads




Remove Ads

Home | Dictionaries | About | Feedback SiteInfo

Your free, fast, and simple translation dictionary

Copyright © 2000-2024 Interglot ®

Page served in 0.0235 seconds
Page rendered in 1.0 seconds