Interglot - "éclair" translated from French to Dutch

Summary

French to Dutch: more detail...

éclair:
- bliksem; weerlicht; bliksemschicht; bliksemslag; flits; bliksemflits; hemelvuur; flitslicht; schittering; schijn; flakkering; geflikker; flikkering; snel beeld; schicht
Wiktionary:
- éclair → bliksem, hemelvuur, eclair, eclairtje
- éclair → weerlicht, bliksem, bliksemschicht, bliksemflits

French

Detailed Translations for éclair from French to Dutch

l'éclair (foudre)
de bliksem; de weerlicht
- bliksem [de ~ (m)] nomen
- weerlicht [de ~ (m)] nomen
l'éclair (foudre; flash)
de bliksemschicht; de bliksemslag; de bliksem; de flits; de bliksemflits
- bliksemschicht [de ~ (m)] nomen
- bliksemslag [de ~ (m)] nomen
- bliksem [de ~ (m)] nomen
- flits [de ~ (m)] nomen
- bliksemflits [de ~ (m)] nomen
l'éclair (feu céleste; fulguration)
het hemelvuur; de bliksem
- hemelvuur [het ~] nomen
- bliksem [de ~ (m)] nomen
l'éclair (flash)
de flits; het flitslicht
- flits [de ~ (m)] nomen
- flitslicht [het ~] nomen
l'éclair (étincellement; reflet; flash; éclat; scintillement; lueur scintillante; lueur; signal lumineux)
de schittering; de schijn; de flakkering; het geflikker; de flikkering
- schittering [de ~ (v)] nomen
- schijn [de ~ (m)] nomen
- flakkering [de ~ (v)] nomen
- geflikker [het ~] nomen
- flikkering [de ~ (v)] nomen
l'éclair (flash; étincellement; signal lumineux)
snel beeld; de flits
- snel beeld [znw.] nomen
- flits [de ~ (m)] nomen
l'éclair
de schicht
- schicht [de ~ (m)] nomen

Noun	Related Translations	Other Translations
bliksem	feu céleste; flash; foudre; fulguration; éclair
bliksemflits	flash; foudre; éclair
bliksemschicht	flash; foudre; éclair
bliksemslag	flash; foudre; éclair
flakkering	flash; lueur; lueur scintillante; reflet; scintillement; signal lumineux; éclair; éclat; étincellement
flikkering	flash; lueur; lueur scintillante; reflet; scintillement; signal lumineux; éclair; éclat; étincellement
flits	flash; foudre; signal lumineux; éclair; étincellement
flitslicht	flash; éclair
geflikker	flash; lueur; lueur scintillante; reflet; scintillement; signal lumineux; éclair; éclat; étincellement
hemelvuur	feu céleste; fulguration; éclair
schicht	éclair
schijn	flash; lueur; lueur scintillante; reflet; scintillement; signal lumineux; éclair; éclat; étincellement	apparence; camouflage; changement d'habits; couverture; devanture; déguisement; façade; illusion; leurre; lueur; lustre; manteau; mascarade; masque; pignon; semblant; travestissement; trompe-l'oeil
schittering	flash; lueur; lueur scintillante; reflet; scintillement; signal lumineux; éclair; éclat; étincellement	gloire; honneur; scintillement; splendeur; étincellement
snel beeld	flash; signal lumineux; éclair; étincellement
weerlicht	foudre; éclair

éclair

noun

Cross Translation:

From	To	Via
• éclair	→ weerlicht; bliksem; bliksemschicht; bliksemflits	↔ lightning — flash of light
• éclair	→ bliksem	↔ Blitz — Physik, Meteorologie: sichtbare Lichterscheinung bei einer elektrischen Entladung