Interglot - "nectar" translated from French to Dutch

Summary

French to Dutch: more detail...

nectar:
- nectar; drank van de Olympische goden; godendrank; honingdauw; mede; honingdrank; nektar; ambrozijn; spijs van de Olympische goden; godenspijs

French

Detailed Translations for nectar from French to Dutch

le nectar
de nectar; drank van de Olympische goden; de godendrank
- nectar [de ~ (m)] nomen
- drank van de Olympische goden [znw.] nomen
- godendrank [de ~ (m)] nomen
le nectar
de honingdauw
- honingdauw [de ~ (m)] nomen
le nectar (hydromel)
de mede; de honingdrank
- mede [de ~] nomen
- honingdrank [de ~ (m)] nomen
le nectar (hydromel)
nektar
- nektar [znw.] nomen
le nectar (ambroisie)
het ambrozijn; spijs van de Olympische goden; de godenspijs; de nectar
- ambrozijn [het ~] nomen
- spijs van de Olympische goden [znw.] nomen
- godenspijs [de ~] nomen
- nectar [de ~ (m)] nomen

Noun	Related Translations	Other Translations
ambrozijn	ambroisie; nectar
drank van de Olympische goden	nectar
godendrank	nectar
godenspijs	ambroisie; nectar
honingdauw	nectar
honingdrank	hydromel; nectar
mede	hydromel; nectar
nectar	ambroisie; nectar
nektar	hydromel; nectar
spijs van de Olympische goden	ambroisie; nectar
Adverb	Related Translations	Other Translations
mede		ainsi que; aussi; autant; avec; cependant; de même que; encore; et aussi; néanmoins; pourtant; toutefois; également