Summary
Dutch to German:   more detail...
  1. eikeltje:
  2. eikel:
  3. Wiktionary:


Dutch

Detailed Translations for eikeltje from Dutch to German

eikeltje:

eikeltje [het ~] nomen

  1. het eikeltje (eikel)
    die Eichel

Translation Matrix for eikeltje:

NounRelated TranslationsOther Translations
Eichel eikel; eikeltje

eikel:

eikel [de ~ (m)] nomen !

  1. de eikel (schoft; klootzak; schobbejak; )
    der Schuft; der Dreckskerl; der Halunke; der Lump; der Grobian; der Schurke
  2. de eikel (eikeltje)
    die Eichel

Translation Matrix for eikel:

NounRelated TranslationsOther Translations
Dreckskerl eikel; hond; klootzak; lul; schobbejak; schoelje; schoft; smeerlap dreumes; drol; ellendeling; etter; etterbak; heikneuter; hork; hufter; kaffer; kinkel; klier; klojo; klootzak; kort en dik persoon; kreng; lomperd; mispunt; oetlul; onderkruipsel; proleet; propje; rotvent; schoft; schurk; smeerlap; snertvent; sodemieter; stuk ongeluk; vlegel
Eichel eikel; eikeltje
Grobian eikel; hond; klootzak; lul; schobbejak; schoelje; schoft; smeerlap boer; boerenlul; brutale kerel; heikneuter; hork; kinkel; lomperd; lummel; oetlul; onbeschofte man; proleet; pummel; rekel; sodemieter; vlegel
Halunke eikel; hond; klootzak; lul; schobbejak; schoelje; schoft; smeerlap boef; fielt; galgenbrok; galgentronie; mispunt; naarling; rekel; rotzak; schobbejak; schoft; schurk; smeerlap; smiecht; snaak; stinkerd
Lump eikel; hond; klootzak; lul; schobbejak; schoelje; schoft; smeerlap bandiet; boosdoener; booswicht; deugniet; ellendeling; fielt; guit; heikneuter; hork; hufter; kinkel; klier; klootzak; kreng; lomperd; mispunt; naarling; onverlaat; proleet; rakker; rotzak; schoft; schurk; slechtaard; slodder; slodderkous; sloddervos; slons; smeerlap; smiecht; snaak; snoodaard; sodemieter; stinkerd; stuk ongeluk; vlegel
Schuft eikel; hond; klootzak; lul; schobbejak; schoelje; schoft; smeerlap boef; ellendeling; fielt; gemenerik; hork; hufter; kinkel; klier; klootzak; kreng; lomperd; mispunt; oetlul; proleet; rekel; schobbejak; schoft; schurk; slodder; slodderkous; sloddervos; slons; smeerlap; sodemieter; stuk ongeluk; vlegel
Schurke eikel; hond; klootzak; lul; schobbejak; schoelje; schoft; smeerlap boef; deugniet; fielt; galgenbrok; galgentronie; gemenerik; guit; rabauw; rakker; rekel; schobbejak; schurk; snaak; stinkerd; stouterd

Related Words for "eikel":

  • eikels, eikeltje, eikeltjes

Wiktionary Translations for eikel:

eikel
noun
  1. vrucht van de eik
  2. top van een penis
eikel
noun
  1. Botanik: Frucht der Eiche

Cross Translation:
FromToVia
eikel Eichel acorn — fruit of the oak tree
eikel Eichel; Nille dickhead — (slang) glans penis
eikel Depp; Dummkopf; Schwachkopf dickhead — (slang) stupid person
eikel Eichel glans — vascular body which forms the apex of the penis
eikel Eichel glans — acorn or mast of the oak
eikel Eichel; glans penis glans penis — conical vascularized body forming the extremity of the penis
eikel Dummkopf; Schwanzkopf tête de nœud — injur|fr (vulgaire) Individu stupide, imbécile.