Summary
Dutch to German:   more detail...
  1. gejank:


Dutch

Detailed Translations for gejank from Dutch to German

gejank:

gejank [het ~] nomen

  1. het gejank (gehuil; geween)
    der Schluchzen; Jammern; Geheul; Weinen; Geweine

Translation Matrix for gejank:

NounRelated TranslationsOther Translations
Geheul gehuil; gejank; geween gebrom; gehuil; gejammer; gemopper; geweeklaag; misbaar; wolvengehuil
Geweine gehuil; gejank; geween
Jammern gehuil; gejank; geween gehuil; gejammer; geweeklaag
Schluchzen gehuil; gejank; geween
Weinen gehuil; gejank; geween

External Machine Translations: