Summary
Dutch to German:   more detail...
  1. loshalen:


Dutch

Detailed Translations for loshalen from Dutch to German

loshalen:

loshalen verb

  1. loshalen (uithalen)
    herausnehmen; ausholen; ausnehmen; ausheben
    • herausnehmen verb (nehme heraus, nimmst heraus, nimmt heraus, nahm heraus, nahmt heraus, herausgenommen)
    • ausholen verb (hole aus, holst aus, holt aus, holte aus, holtet aus, ausgeholt)
    • ausnehmen verb (nehme aus, nimmst aus, nimmt aus, nahm aus, nahmt aus, ausgenommen)
    • ausheben verb (hebe aus, hebst aus, hebt aus, hob aus, hobt aus, ausgehoben)

Translation Matrix for loshalen:

VerbRelated TranslationsOther Translations
ausheben loshalen; uithalen delven; graven; heffen; ledigen; leeghalen; leegmaken; legen; lichten; naar buiten halen; omhoog brengen; omhoogheffen; opheffen; optillen; tillen; uithalen
ausholen loshalen; uithalen lenen; loskrijgen; losmaken; lostornen; naar buiten halen; ontlenen; tornen; uithalen; uittrekken
ausnehmen loshalen; uithalen beroven; eruit nemen; kaken; ledigen; leeghalen; leegmaken; lenen; naar buiten halen; ontdoen; ontlenen; plunderen; uitbuiten; uithalen; uitklokken; uitknijpen; uitpersen; uitsnijden; uitzuigen; verneuken; vis kaken
herausnehmen loshalen; uithalen eruit nemen; ledigen; leeghalen; leegmaken; legen; lenen; naar buiten halen; ontlenen; uithalen; uitnemen