Dutch
Detailed Translations for slordig maken from Dutch to German
slordig maken:
-
slordig maken
nachlässig; schlampig machen; ungepflegt machen-
nachlässig verb
-
schlampig machen verb
-
ungepflegt machen verb
-
Conjugations for slordig maken:
o.t.t.
- maak slordig
- maakt slordig
- maakt slordig
- maken slordig
- maken slordig
- maken slordig
o.v.t.
- maakte slordig
- maakte slordig
- maakte slordig
- maakten slordig
- maakten slordig
- maakten slordig
v.t.t.
- heb slordig gemaakt
- hebt slordig gemaakt
- heeft slordig gemaakt
- hebben slordig gemaakt
- hebben slordig gemaakt
- hebben slordig gemaakt
v.v.t.
- had slordig gemaakt
- had slordig gemaakt
- had slordig gemaakt
- hadden slordig gemaakt
- hadden slordig gemaakt
- hadden slordig gemaakt
o.t.t.t.
- zal slordig maken
- zult slordig maken
- zal slordig maken
- zullen slordig maken
- zullen slordig maken
- zullen slordig maken
o.v.t.t.
- zou slordig maken
- zou slordig maken
- zou slordig maken
- zouden slordig maken
- zouden slordig maken
- zouden slordig maken
en verder
- ben slordig gemaakt
- bent slordig gemaakt
- is slordig gemaakt
- zijn slordig gemaakt
- zijn slordig gemaakt
- zijn slordig gemaakt
diversen
- maak slordig!
- maakt slordig!
- slordig gemaakt
- slordig makend
1. ik, 2. je/jij, 3. hij/zij/het, 4. we. 5. jullie, 6. zij/ze
Translation Matrix for slordig maken:
| Verb | Related Translations | Other Translations |
| nachlässig | slordig maken | |
| schlampig machen | slordig maken | |
| ungepflegt machen | slordig maken | |
| Modifier | Related Translations | Other Translations |
| nachlässig | dellerig; gerust; haveloos; lijzig; log; loom; luchthartig; morsig; nalatig; onachtzaam; onbekommerd; onbesuisd; onbezorgd; ongeregeld; onordelijk; ordeloos; ranzig; rommelig; sletterig; slodderig; slonzig; slordig; viezig; voddig; vunzig; wanordelijk; zorgeloos |