Summary
Dutch to German:   more detail...
  1. toeschrijven:
  2. Wiktionary:


Dutch

Detailed Translations for toeschrijven from Dutch to German

toeschrijven:

toeschrijven verb (schrijf toe, schrijft toe, schreef toe, schreven toe, toegeschreven)

  1. toeschrijven
    zuschreiben; zurechnen
    • zurechnen verb (rechne zu, rechnest zu, rechnet zu, rechnete zu, rechnetet zu, zugerechnet)

Conjugations for toeschrijven:

o.t.t.
  1. schrijf toe
  2. schrijft toe
  3. schrijft toe
  4. schrijven toe
  5. schrijven toe
  6. schrijven toe
o.v.t.
  1. schreef toe
  2. schreef toe
  3. schreef toe
  4. schreven toe
  5. schreven toe
  6. schreven toe
v.t.t.
  1. ben toegeschreven
  2. bent toegeschreven
  3. is toegeschreven
  4. zijn toegeschreven
  5. zijn toegeschreven
  6. zijn toegeschreven
v.v.t.
  1. was toegeschreven
  2. was toegeschreven
  3. was toegeschreven
  4. waren toegeschreven
  5. waren toegeschreven
  6. waren toegeschreven
o.t.t.t.
  1. zal toeschrijven
  2. zult toeschrijven
  3. zal toeschrijven
  4. zullen toeschrijven
  5. zullen toeschrijven
  6. zullen toeschrijven
o.v.t.t.
  1. zou toeschrijven
  2. zou toeschrijven
  3. zou toeschrijven
  4. zouden toeschrijven
  5. zouden toeschrijven
  6. zouden toeschrijven
diversen
  1. schrijf toe!
  2. schrijft toe!
  3. toegeschreven
  4. toeschrijvend
1. ik, 2. je/jij, 3. hij/zij/het, 4. we. 5. jullie, 6. zij/ze

Translation Matrix for toeschrijven:

VerbRelated TranslationsOther Translations
zurechnen toeschrijven bijrekenen; bijtellen; erbij tellen; optellen
zuschreiben toeschrijven

Wiktionary Translations for toeschrijven:

toeschrijven
verb
  1. het auteurschap of de eigenaar van iets associëren met iemand

Cross Translation:
FromToVia
toeschrijven zuschreiben ascribe — attribute a book, etc
toeschrijven zuschreiben attribute — to associate ownership or authorship with