Summary
Dutch to German:   more detail...
  1. zelfbewustheid:
  2. zelfbewust:


Dutch

Detailed Translations for zelfbewustheid from Dutch to German

zelfbewustheid:

zelfbewustheid [de ~ (v)] nomen

  1. de zelfbewustheid (zelfverzekerdheid)
    die Selbstsicherheit; die Selbstgewißheit

Translation Matrix for zelfbewustheid:

NounRelated TranslationsOther Translations
Selbstgewißheit zelfbewustheid; zelfverzekerdheid stelligheid; vastberadenheid; zekerheid; zelfvertrouwen; zelfverzekerdheid
Selbstsicherheit zelfbewustheid; zelfverzekerdheid stelligheid; vastberadenheid; zekerheid; zelfvertrouwen; zelfverzekerdheid

Related Words for "zelfbewustheid":


zelfbewust: