Summary
Dutch to German: more detail...
- beklagen:
-
Wiktionary:
- beklagen → sich beschweren, sich beklagen, bedauern, bemitleiden
- beklagen → bemitleiden, Mitleid haben, sich erbarmen
German to Dutch: more detail...
- beklagen:
-
Wiktionary:
- beklagen → betreuren
Dutch
Detailed Translations for beklagen from Dutch to German
beklagen:
-
beklagen (medelijden hebben)
Conjugations for beklagen:
o.t.t.
- beklaag
- beklaagt
- beklaagt
- beklagen
- beklagen
- beklagen
o.v.t.
- beklaagde
- beklaagde
- beklaagde
- beklaagden
- beklaagden
- beklaagden
v.t.t.
- heb beklaagd
- hebt beklaagd
- heeft beklaagd
- hebben beklaagd
- hebben beklaagd
- hebben beklaagd
v.v.t.
- had beklaagd
- had beklaagd
- had beklaagd
- hadden beklaagd
- hadden beklaagd
- hadden beklaagd
o.t.t.t.
- zal beklagen
- zult beklagen
- zal beklagen
- zullen beklagen
- zullen beklagen
- zullen beklagen
o.v.t.t.
- zou beklagen
- zou beklagen
- zou beklagen
- zouden beklagen
- zouden beklagen
- zouden beklagen
diversen
- beklaag!
- beklaagt!
- beklaagd
- beklagend
1. ik, 2. je/jij, 3. hij/zij/het, 4. we. 5. jullie, 6. zij/ze
Translation Matrix for beklagen:
Verb | Related Translations | Other Translations |
Mitleid haben | beklagen; medelijden hebben | |
beklagen | beklagen; medelijden hebben | betreuren; condoleren; medeleven betuigen; spijten |
betrauern | beklagen; medelijden hebben | betreuren; bewenen; in de rouw zijn; jammer vinden; rouwen; spijten |
beweinen | beklagen; medelijden hebben | betreuren; bewenen; in de rouw zijn; jammer vinden; rouwen; spijten |
Wiktionary Translations for beklagen:
beklagen
Cross Translation:
verb
-
ontevredenheid uiten, klachten indienen
- beklagen → sich beschweren; sich beklagen
-
iemands leed bejammeren
- beklagen → bedauern; bemitleiden
Cross Translation:
From | To | Via |
---|---|---|
• beklagen | → bemitleiden; Mitleid haben | ↔ pity — to feel pity for someone or something |
• beklagen | → bemitleiden; Mitleid haben; sich erbarmen | ↔ compatir — toucher de compassion pour les maux d’autrui. |
Related Translations for beklagen
German
Detailed Translations for beklagen from German to Dutch
beklagen:
-
beklagen (Mitleid haben; betrauern; beweinen)
beklagen; medelijden hebben-
medelijden hebben verb (heb medelijden, hebt medelijden, had medelijden, hadden medelijden, medelijden gehad)
-
beklagen (bedauern; teilhaben; mitfühlen; mitleiden; klagen)
-
beklagen (leid tun; bedauern; betrauern; beweinen)
Conjugations for beklagen:
Präsens
- beklage
- beklagst
- beklagt
- beklagen
- beklagt
- beklagen
Imperfekt
- beklagte
- beklagtest
- beklagte
- beklagten
- beklagtet
- beklagten
Perfekt
- habe beklagt
- hast beklagt
- hat beklagt
- haben beklagt
- habt beklagt
- haben beklagt
1. Konjunktiv [1]
- beklage
- beklagest
- beklage
- beklagen
- beklaget
- beklagen
2. Konjunktiv
- beklagte
- beklagtest
- beklagte
- beklagten
- beklagtet
- beklagten
Futur 1
- werde beklagen
- wirst beklagen
- wird beklagen
- werden beklagen
- werdet beklagen
- werden beklagen
1. Konjunktiv [2]
- würde beklagen
- würdest beklagen
- würde beklagen
- würden beklagen
- würdet beklagen
- würden beklagen
Diverses
- beklag!
- beklagt!
- beklagen Sie!
- beklagt
- beklagend
1. ich, 2. du, 3. er/sie/es, 4. wir, 5. ihr, 6. sie/Sie
Translation Matrix for beklagen:
Verb | Related Translations | Other Translations |
beklagen | Mitleid haben; beklagen; betrauern; beweinen | |
betreuren | bedauern; beklagen; betrauern; beweinen; leid tun | betrauern; beweinen; etwas bedauern |
condoleren | bedauern; beklagen; klagen; mitfühlen; mitleiden; teilhaben | |
medeleven betuigen | bedauern; beklagen; klagen; mitfühlen; mitleiden; teilhaben | |
medelijden hebben | Mitleid haben; beklagen; betrauern; beweinen | |
spijten | bedauern; beklagen; betrauern; beweinen; leid tun |