Home ->Dictionaries ->Dutch/German ->Search: begeleider

Dutch and German Search Results for: begeleider

Summary

Dutch to German: more detail...

begeleider:
- Reiseführer; Führer; Lotse; Förderer; Doktorvater
Wiktionary:
- begeleider → Begleiter
- begeleider → Gefährte, Begleiter, Genosse, Geselle

Dutch

Detailed Translations for begeleider from Dutch to German

begeleider:

begeleider [de ~ (m)] nomen

de begeleider (gids; loods; leidsman)
der Reiseführer; der Führer; der Lotse
- Reiseführer [der ~] nomen
- Führer [der ~] nomen
- Lotse [der ~] nomen
de begeleider (mentor)
der Förderer; der Doktorvater
- Förderer [der ~] nomen
- Doktorvater [der ~] nomen

Translation Matrix for begeleider:

Noun	Related Translations	Other Translations
Doktorvater	begeleider; mentor	bevorderaar; promotor
Förderer	begeleider; mentor	beschermheer; bevorderaar; mecenas; promotor
Führer	begeleider; gids; leidsman; loods	aanvoerder; baas; beheerser; beknopte handleiding; bestuurder; bevelhebber; chauffeur; commandant; elektriciteitsgeleider; gebieder; geleider; gids; hoofd; hoofdman; kapitein; kopstuk; leider; leidraad; manager; meester; reisbegeleider; reisgids; reisleider; reisleidster; rijder; rondleider; scheepskapitein; schipper; voorzitter; wagenbestuurder
Lotse	begeleider; gids; leidsman; loods	loodsschipper
Reiseführer	begeleider; gids; leidsman; loods	gids; reisbegeleider; reisboek; reisgids; reiswijzer; rondleider

Wiktionary Translations for begeleider:

begeleider

noun

Musik: Person, die einen Solisten auf einem Instrument begleitet
- Begleiter → begeleider
allgemein: jemand, der jemanden begleitet; jemand, der gemeinsam mit jemandem irgendwo hingehen
- Begleiter → begeleider

Cross Translation:

From	To	Via
• begeleider	→ Gefährte; Begleiter; Genosse; Geselle	↔ compagnon — Celui qui est habituellement avec un autre ou qui fait avec lui la même chose.