Home ->Dictionaries ->Dutch/German ->Search: bres

Dutch and German Search Results for: bres

Summary

Dutch to German: more detail...

bres:
- Loch; Öffnung; Bresche; Einschläge; Aufmachung; Einschlag
Wiktionary:
- bres → Bresche, Lücke, Walldurchbruch, Mauerdurchbruch, Bruch, Spalt

Dutch

Detailed Translations for bres from Dutch to German

bres:

bres [de ~] nomen

de bres (opening; gat)
Loch; die Öffnung; die Bresche; die Einschläge; die Aufmachung; der Einschlag
- Loch [das ~] nomen
- Öffnung [die ~] nomen
- Bresche [die ~] nomen
- Einschläge [die ~] nomen
- Aufmachung [die ~] nomen
- Einschlag [der ~] nomen

Translation Matrix for bres:

Noun	Related Translations	Other Translations
Aufmachung	bres; gat; opening	buitenkant; expulsie; huls; omhulsel; omkleedsel; omwindsel; uitdossing
Bresche	bres; gat; opening
Einschlag	bres; gat; opening	boekomslag; kaft; omslag
Einschläge	bres; gat; opening	eigenschap; karakterisering; karakteristiek; kenmerk; typering
Loch	bres; gat; opening	box; buurtschap; deuropening; gaatje; gat; gehucht; lek; lekken; opbergruimte; opening; waterlek
Öffnung	bres; gat; opening	deuropening; lek; lekken; opening; openstelling

Related Words for "bres":

bressen

Wiktionary Translations for bres:

Cross Translation:

From	To	Via
• bres	→ Bresche; Lücke; Walldurchbruch; Mauerdurchbruch; Bruch; Spalt	↔ brèche — Traductions à trier suivant le sens