Summary
Dutch to German: more detail...
- transponeren:
-
Wiktionary:
- transponeren → transponieren
- transponeren → transponieren
Dutch
Detailed Translations for transponeren from Dutch to German
transponeren:
-
transponeren (overzetten)
-
transponeren
Conjugations for transponeren:
o.t.t.
- transponeer
- transponeert
- transponeert
- transponeren
- transponeren
- transponeren
o.v.t.
- transponeerde
- transponeerde
- transponeerde
- transponeerden
- transponeerden
- transponeerden
v.t.t.
- heb getransponeerd
- hebt getransponeerd
- heeft getransponeerd
- hebben getransponeerd
- hebben getransponeerd
- hebben getransponeerd
v.v.t.
- had getransponeerd
- had getransponeerd
- had getransponeerd
- hadden getransponeerd
- hadden getransponeerd
- hadden getransponeerd
o.t.t.t.
- zal transponeren
- zult transponeren
- zal transponeren
- zullen transponeren
- zullen transponeren
- zullen transponeren
o.v.t.t.
- zou transponeren
- zou transponeren
- zou transponeren
- zouden transponeren
- zouden transponeren
- zouden transponeren
en verder
- ben getransponeerd
- bent getransponeerd
- is getransponeerd
- zijn getransponeerd
- zijn getransponeerd
- zijn getransponeerd
diversen
- transponeer!
- transponeert!
- getransponeerd
- transponerend
1. ik, 2. je/jij, 3. hij/zij/het, 4. we. 5. jullie, 6. zij/ze
Translation Matrix for transponeren:
Verb | Related Translations | Other Translations |
transponieren | overzetten; transponeren | anders boeken |
umsetzen | overzetten; transponeren | anders boeken; iets omdraaien; omkeren; overplanten |
überführen | overzetten; transponeren | doorvoeren; overplaatsen; standplaats veranderen |
Wiktionary Translations for transponeren:
transponeren
Cross Translation:
verb
-
in een andere toonsoort overzetten
- transponeren → transponieren
Cross Translation:
From | To | Via |
---|---|---|
• transponeren | → transponieren | ↔ transposer — changer de ton musical |