Dutch

Detailed Translations for volgens from Dutch to German

volgens:


Translation Matrix for volgens:

AdjectiveRelated TranslationsOther Translations
- conform
ModifierRelated TranslationsOther Translations
entsprechend in overeenstemming met; overeenkomstig; passend bij; volgens adequaat; gepast; geschikt; juist; passend; respectievelijk
folgens in overeenstemming met; overeenkomstig; passend bij; volgens
gemäß in overeenstemming met; overeenkomstig; passend bij; volgens alsmede; alsook; conform de regel; desgelijks; dito; evenals; evenzo; in overeenstemming met; naar; naar de regel; ook; op dezelfde wijze; precies zo; zoals
in Übereinstimmung mit in overeenstemming met; overeenkomstig; passend bij; volgens
korrespondierend in overeenkomst met; overeenkomstig; volgens
kraft in overeenstemming met; overeenkomstig; passend bij; volgens krachtens
ähnlich in overeenkomst met; overeenkomstig; volgens gelijk; soortgelijk

Related Words for "volgens":


Synonyms for "volgens":


Related Definitions for "volgens":

  1. gelijk aan1
    • alles verliep volgens plan1
  2. zoals iemand of iets het zegt1
    • volgens de weerman gaat het regenen vandaag1

Wiktionary Translations for volgens:

volgens
preposition
  1. geeft een bron aan voor de gegeven redenering
volgens
adjective
  1. Präposition mit Dativ: entsprechend, zufolge, nach

Cross Translation:
FromToVia
volgens gemäß; laut; nach; zufolge according to — based on statement
volgens entsprechend; gemäß; nach selon — D’après, eu égard à, conformément à, d’une manière correspondant à, en proportion, en fonction de

volgens form of volgen:

volgen verb (volg, volgt, volgde, volgden, gevolgd)

  1. volgen (achternalopen; achternagaan; nalopen)
    nachfolgen; hinterherkommen; nachkommen
    • nachfolgen verb (folge nach, folgst nach, folgt nach, folgte nach, folgtet nach, nachgefolgt)
    • hinterherkommen verb (komme hinterher, kommst hinterher, kommt hinterher, kam hinterher, kamt hinterher, hinterhergekommen)
    • nachkommen verb (komme nach, kommst nach, kommt nach, kam nach, kamt nach, nachgekommen)
  2. volgen (vergezellen; begeleiden; chaperonneren; )
    mitgehen; begleiten; geleiten; herumführen
    • mitgehen verb (geh mit, gehst mit, ging mit, gingt mit, mitgegangen)
    • begleiten verb (begleite, begleitest, begleitet, begleitete, begleitetet, begleitet)
    • geleiten verb (geleite, geleitest, geleitet, geleitete, geleitetet, geleitet)
    • herumführen verb (führe herum, führst herum, führt herum, führte herum, führtet herum, herumgeführt)
  3. volgen (opvolgen; navolgen)
    folgen; nachfolgen; nachkommen
    • folgen verb (folge, folgst, folgt, folgte, folgtet, gefolgt)
    • nachfolgen verb (folge nach, folgst nach, folgt nach, folgte nach, folgtet nach, nachgefolgt)
    • nachkommen verb (komme nach, kommst nach, kommt nach, kam nach, kamt nach, nachgekommen)
  4. volgen (achtervolgen; achternazitten; nazitten)
    folgen; verfolgen; nachjagen; nachgehen
    • folgen verb (folge, folgst, folgt, folgte, folgtet, gefolgt)
    • verfolgen verb (verfolge, verfolgst, verfolgt, verfolgte, verfolgtet, verfolgt)
    • nachjagen verb (jage nach, jagst nach, jagt nach, jagte nach, jagtet nach, nachgejagt)
    • nachgehen verb (geh nach, gehst nach, geht nach, ging nach, gingt nach, nachgegangen)
  5. volgen

Conjugations for volgen:

o.t.t.
  1. volg
  2. volgt
  3. volgt
  4. volgen
  5. volgen
  6. volgen
o.v.t.
  1. volgde
  2. volgde
  3. volgde
  4. volgden
  5. volgden
  6. volgden
v.t.t.
  1. heb gevolgd
  2. hebt gevolgd
  3. heeft gevolgd
  4. hebben gevolgd
  5. hebben gevolgd
  6. hebben gevolgd
v.v.t.
  1. had gevolgd
  2. had gevolgd
  3. had gevolgd
  4. hadden gevolgd
  5. hadden gevolgd
  6. hadden gevolgd
o.t.t.t.
  1. zal volgen
  2. zult volgen
  3. zal volgen
  4. zullen volgen
  5. zullen volgen
  6. zullen volgen
o.v.t.t.
  1. zou volgen
  2. zou volgen
  3. zou volgen
  4. zouden volgen
  5. zouden volgen
  6. zouden volgen
en verder
  1. ben gevolgd
  2. bent gevolgd
  3. is gevolgd
  4. zijn gevolgd
  5. zijn gevolgd
  6. zijn gevolgd
diversen
  1. volg!
  2. volgt!
  3. gevolgd
  4. volgend
1. ik, 2. je/jij, 3. hij/zij/het, 4. we. 5. jullie, 6. zij/ze

volgen [znw.] nomen

  1. volgen (achtervolgen)
    Vervolgen

Translation Matrix for volgen:

NounRelated TranslationsOther Translations
Vervolgen achtervolgen; volgen
VerbRelated TranslationsOther Translations
beachten volgen
begleiten begeleiden; chaperonneren; escorteren; geleiden; meegaan; meelopen; vergezellen; volgen begeleiden; rondleiden; wegbrengen
folgen achternazitten; achtervolgen; navolgen; nazitten; opvolgen; volgen bewaarheid worden; blijken; gehoorzamen; gevolg geven aan; komen na; luisteren; navolgen; resulteren; uitkomen; uitkomen bij; uitvloeien in
geleiten begeleiden; chaperonneren; escorteren; geleiden; meegaan; meelopen; vergezellen; volgen begeleiden; rondleiden; verwijzen; wegbrengen
herumführen begeleiden; chaperonneren; escorteren; geleiden; meegaan; meelopen; vergezellen; volgen begeleiden; omheenloodsen; rondleiden
hinterherkommen achternagaan; achternalopen; nalopen; volgen
mitgehen begeleiden; chaperonneren; escorteren; geleiden; meegaan; meelopen; vergezellen; volgen begeleiden; wegbrengen
nachfolgen achternagaan; achternalopen; nalopen; navolgen; opvolgen; volgen gehoorzamen; gevolg geven aan; komen na; later komen; luisteren; navolgen
nachgehen achternazitten; achtervolgen; nazitten; volgen achterlopen; bespieden; checken; nagaan; natrekken; onderzoeken; speuren; verifiëren; verspieden; vorsen
nachjagen achternazitten; achtervolgen; nazitten; volgen najagen; nastreven; trachten te verkrijgen; vervolgen
nachkommen achternagaan; achternalopen; nalopen; navolgen; opvolgen; volgen achteraankomen; gehoorzamen; gevolg geven aan; later komen; luisteren; nakomen
verfolgen achternazitten; achtervolgen; nazitten; volgen aanhouden; berechten; continueren; doorgaan; een stapje verder gaan; gerechtelijk vervolgen; prolongeren; traceren; verdergaan; vervolgen; voortgaan; voortzetten
ModifierRelated TranslationsOther Translations
begleiten begeleid

Related Words for "volgen":


Antonyms for "volgen":


Related Definitions for "volgen":

  1. achter iemand of iets aan gaan1
    • de hond volgt mij voortdurend1
  2. er aandacht aan geven en het begrijpen1
    • ik kon het gesprek goed volgen1
  3. er geregeld aan deelnemen1
    • hij volgt een opleiding1
  4. er logisch uit voortvloeien1
    • uit zijn verklaring volgt dat hij het niet gedaan kan hebben1
  5. erna komen1
    • op de dag volgt de nacht1

Wiktionary Translations for volgen:

volgen
verb
  1. achterna gaan
volgen
  1. -

Cross Translation:
FromToVia
volgen besuchen; teilnehmen attend — to be present at
volgen folgen follow — to go or come after in physical space
volgen folgen follow — to live one’s life according to
volgen folgen follow — to be a logical consequence of
volgen Überwachung monitoring — The act of listening, carrying out surveillance on
volgen beachten observe — to follow
volgen folgen pursue — to travel down a particular way or course of action
volgen resultieren; führen; leiten; ausgehen; ausrücken; hinausgehen; erlangen; erzielen; reichen; erreichen; einholen; heranreichen; sich erstrecken; erwirken; durchsetzen aboutirtoucher par un bout.
volgen resultieren résulter — S’ensuivre. — note Il s’emploie pour marquer les inductions, les conséquences qu’on tirer d’un discours, d’un raisonnement, d’un examen, d’une recherche, etc.
volgen folgen suivre — Traductions à trier suivant le sens

Related Translations for volgens