Summary
Dutch to German: more detail...
- luw:
- luwen:
-
Wiktionary:
- luw → windgeschützt, laut
- luwen → abflauen
- luwen → legen, nachlassen
Dutch
Detailed Translations for luw from Dutch to German
luw:
Translation Matrix for luw:
Modifier | Related Translations | Other Translations |
geschützt | luw; windluw | afgeschermd; beschermd; beveiligd; beveiligend; met uitsterven bedreigd; verdedigd |
Related Words for "luw":
Wiktionary Translations for luw:
luw
adjective
-
uit de wind, windstil
- luw → windgeschützt
-
redelijk warm, lauw
- luw → laut
luwen:
-
luwen (tot bedaren komen; uitwoeden; wegsterven; verflauwen)
sich beruhigen; sich fassen; sich abkühlen-
sich beruhigen verb (beruhige mich, beruhigst dich, beruhigt sich, beruhigte sich, beruhigtet euch, sich beruhigt)
-
sich abkühlen verb
-
Conjugations for luwen:
o.t.t.
- luw
- luwt
- luwt
- luwen
- luwen
- luwen
o.v.t.
- luwde
- luwde
- luwde
- luwden
- luwden
- luwden
v.t.t.
- ben geluwd
- bent geluwd
- is geluwd
- zijn geluwd
- zijn geluwd
- zijn geluwd
v.v.t.
- was geluwd
- was geluwd
- was geluwd
- waren geluwd
- waren geluwd
- waren geluwd
o.t.t.t.
- zal luwen
- zult luwen
- zal luwen
- zullen luwen
- zullen luwen
- zullen luwen
o.v.t.t.
- zou luwen
- zou luwen
- zou luwen
- zouden luwen
- zouden luwen
- zouden luwen
diversen
- luw!
- luwt!
- geluwd
- luwend
1. ik, 2. je/jij, 3. hij/zij/het, 4. we. 5. jullie, 6. zij/ze
Translation Matrix for luwen:
Verb | Related Translations | Other Translations |
sich abkühlen | luwen; tot bedaren komen; uitwoeden; verflauwen; wegsterven | |
sich beruhigen | luwen; tot bedaren komen; uitwoeden; verflauwen; wegsterven | dempen; matigen; temperen; zich matigen |
sich fassen | luwen; tot bedaren komen; uitwoeden; verflauwen; wegsterven | dempen; matigen; temperen; zich matigen |