Summary
Dutch to German:   more detail...
  1. gehucht:
  2. Wiktionary:


Dutch

Detailed Translations for gehucht from Dutch to German

gehucht:

gehucht [het ~] nomen

  1. het gehucht (buurtschap; gat)
    Loch; Dorf; der Ort; der Platz; Nest

Translation Matrix for gehucht:

NounRelated TranslationsOther Translations
Dorf buurtschap; gat; gehucht buurtschap; dorp
Loch buurtschap; gat; gehucht box; bres; deuropening; gaatje; gat; lek; lekken; opbergruimte; opening; waterlek
Nest buurtschap; gat; gehucht nest
Ort buurtschap; gat; gehucht buurtschap; dorp; gebied; gewest; locatie; plaats; plaatsbepaling; plek; provincie; rayon; rechtsgebied; ressort; rijksonderdeel
Platz buurtschap; gat; gehucht buitenplaats; kamer; locatie; plaats; plein; plek; ruimte in een gebouw; vertrek; vertrekken; vierkant plein

Related Words for "gehucht":

  • gehuchten

Wiktionary Translations for gehucht:

gehucht
noun
  1. een aantal bij elkaar staande huizen op het platteland

Cross Translation:
FromToVia
gehucht Weiler; Dorf; Kaff hamlet — small village
gehucht Weiler; Dörfchen hameau — En milieu rural, groupe d’habitations à l’écart d’une commune, à laquelle il rattacher administrativement.