Dutch

Detailed Translations for gedrag from Dutch to German

gedrag:

gedrag [het ~] nomen

  1. het gedrag (gedragswijze; handelwijze; optreden; manier)
    die Verhaltensweise; die Haltung
  2. het gedrag (besturing; houding; leiding; rijrichting; plan)
    der Kurs; der Aktienkurs; die Notiz
  3. het gedrag

Translation Matrix for gedrag:

NounRelated TranslationsOther Translations
Aktienkurs besturing; gedrag; houding; leiding; plan; rijrichting
Haltung gedrag; gedragswijze; handelwijze; manier; optreden figuur; gedaante; houding; instelling; lichaamshouding; mentaliteit; pose; postuur; stand; standje; uiterlijk
Kurs besturing; gedrag; houding; leiding; plan; rijrichting cursus; herleidingskoers; koers; koersnotering; kursus; leergang; les; onderricht; onderrichting; onderwijs; richting; studie; valuta; wisselkoers
Notiz besturing; gedrag; houding; leiding; plan; rijrichting aantekening; attest; bewijs; briefje; kattebelletje; kladbriefje; kladje; krabbel; krabbelbriefje; noot; notitie; opschrijving; schrijfsel; zakelijke notitie
Verhaltensweise gedrag; gedragswijze; handelwijze; manier; optreden
Not SpecifiedRelated TranslationsOther Translations
Verhalten gedrag behaviors

Related Definitions for "gedrag":

  1. hoe je doet1
    • zijn gedrag op school is agressief1

Wiktionary Translations for gedrag:

gedrag
noun
  1. de manier waarop iemand optreedt of iets ergens op reageert
gedrag
noun
  1. das, was jemand tut oder lässt und auf welche Weise

Cross Translation:
FromToVia
gedrag Betragen; Benehmen; Verhalten; Verhaltensweise behavior — way an animal or human behaves or acts
gedrag Betragen; Benehmen; Verhalten behaviour — way an animal or human behaves or acts
gedrag Verhalten; Benehmen; Betragen; Führung; Verhaltensweise behaviour — the way matter moves or acts
gedrag Verfahren; Aufführung; Benehmen; Betragen; Gebahren; Verhalten procédéconduite, manière d’agir d’une personne envers une autre.

External Machine Translations:

Related Translations for gedrag