Summary
Dutch to German:   more detail...
  1. dorpelingen:
  2. dorpeling:
  3. Wiktionary:


Dutch

Detailed Translations for dorpelingen from Dutch to German

dorpelingen:

dorpelingen [de ~] nomen, plural

  1. de dorpelingen (dorpsbewoners; dorpslui)
    die Dorfeinwohner; die Dörfler; die Landmänner

Translation Matrix for dorpelingen:

NounRelated TranslationsOther Translations
Dorfeinwohner dorpelingen; dorpsbewoners; dorpslui
Dörfler dorpelingen; dorpsbewoners; dorpslui dorpeling; dorpelinge; dorpsbewoner
Landmänner dorpelingen; dorpsbewoners; dorpslui

Related Words for "dorpelingen":


dorpelingen form of dorpeling:

dorpeling [de ~ (m)] nomen

  1. de dorpeling (dorpsbewoner; dorpelinge)
    der Dorfbewohner; der Dörfler; der Landmann; die Dörflerin

Translation Matrix for dorpeling:

NounRelated TranslationsOther Translations
Dorfbewohner dorpeling; dorpelinge; dorpsbewoner dorpsbewoners
Dörfler dorpeling; dorpelinge; dorpsbewoner dorpelingen; dorpsbewoners; dorpslui
Dörflerin dorpeling; dorpelinge; dorpsbewoner
Landmann dorpeling; dorpelinge; dorpsbewoner

Related Words for "dorpeling":


Wiktionary Translations for dorpeling:


Cross Translation:
FromToVia
dorpeling Dörfler; Dorfbewohner villageois — Celui, celle qui habiter un village.