Summary
Dutch to German:   more detail...
  1. dubbeltje:
  2. dubbel:
  3. Wiktionary:


Dutch

Detailed Translations for dubbeltje from Dutch to German

dubbeltje:

dubbeltje [het ~] nomen

  1. het dubbeltje

Translation Matrix for dubbeltje:

NounRelated TranslationsOther Translations
Zehncentstück dubbeltje
Zehnpfennigmünze dubbeltje

Related Words for "dubbeltje":


Related Definitions for "dubbeltje":

  1. muntje van 10 cent, tiende deel van een gulden1
    • een gulden is tien dubbeltjes1

dubbeltje form of dubbel:

dubbel adj

  1. dubbel

dubbel [znw.] nomen

  1. dubbel (stuntman; double)
    Double; der Stuntman

Translation Matrix for dubbel:

NounRelated TranslationsOther Translations
Double double; dubbel; stuntman
Stuntman double; dubbel; stuntman
ModifierRelated TranslationsOther Translations
doppelt dubbel duplo; tweemaal; tweewerf

Related Words for "dubbel":


Antonyms for "dubbel":


Related Definitions for "dubbel":

  1. bestaande uit twee gelijke dingen1
    • ze hebben dubbel glas in de ramen1

Wiktionary Translations for dubbel:

dubbel
adjective
  1. tweemaal voorhanden
dubbel
adjective
  1. in zweifacher Ausführung

Cross Translation:
FromToVia
dubbel doppelt; zweifach double — Qui valoir, qui pèse ou qui contenir deux fois autant.