Home ->Dictionaries ->Dutch/German ->Translate duwtje

Translate duwtje from Dutch to German

Summary

Dutch to German: more detail...

duwtje:
- Stoß; Schlag; Puff; Bums; leichter Stoß; Anstoß; Anprall; Zusammenstoß
duw:
- Stoß; Schlag; Puff; Bums; leichter Stoß; Anstoß; Anprall; Zusammenstoß
Wiktionary:
- duw → Schubs, Stoß
- duw → Schubs, Stoß

Dutch

Detailed Translations for duwtje from Dutch to German

duwtje:

duwtje [het ~] nomen

het duwtje (stoot; zet; por; duw; stootje)
der Stoß; der Schlag; der Puff; der Bums; der leichter Stoß; der Anstoß; der Anprall; der Zusammenstoß
- Stoß [der ~] nomen
- Schlag [der ~] nomen
- Puff [der ~] nomen
- Bums [der ~] nomen
- leichter Stoß [der ~] nomen
- Anstoß [der ~] nomen
- Anprall [der ~] nomen
- Zusammenstoß [der ~] nomen

Translation Matrix for duwtje:

Noun	Related Translations	Other Translations
Anprall	duw; duwtje; por; stoot; stootje; zet	botsing; conflict; onenigheid; ruzie; twist
Anstoß	duw; duwtje; por; stoot; stootje; zet	aanmoediging; aansporing; aanzet; animering; doeltrap; impuls; initiatief; luim; opwekking; opwelling; prikkel; stimulans; stimulering
Bums	duw; duwtje; por; stoot; stootje; zet	bons; dreun; hengst; klap; knal; kwak; lel; mep; muilpeer; opdonder; opduvel; oplawaai; peut; pof; smak; stoot
Puff	duw; duwtje; por; stoot; stootje; zet	hengst; klap; lel; mep; muilpeer; opdonder; opduvel; oplawaai; opstopper; peut; stoot; triktrak
Schlag	duw; duwtje; por; stoot; stootje; zet	bliksem; bliksemflits; bliksemschicht; bliksemslag; bons; conciërge; dreun; duivenhok; duiventil; flits; hengst; jens; klap; klop; knal; lel; mep; muilpeer; olifantspijp; opdonder; opduvel; oplawaai; peut; pof; portier; ras; slag; soort; soulpijp; stoot; tik; toegebrachte klap; uithaal; vuistslag; wijde broekspijp
Stoß	duw; duwtje; por; stoot; stootje; zet	accumulatie; bons; botsing; conflict; harde slag; hoop; hort; klap; onenigheid; opeen knallen; opeenhoping; opeenstapeling; ophoping; opstapeling; pof; ruzie; schok; schokkende beweging; schop; stapel; stoot; trap; twist; voetbeweging; zwemslag
Zusammenstoß	duw; duwtje; por; stoot; stootje; zet	aanrijding; aanvaring; botsing; collisie; conflict; onenigheid; opeen knallen; ruzie; twist
leichter Stoß	duw; duwtje; por; stoot; stootje; zet
Other	Related Translations	Other Translations
Anprall		botsing

Related Words for "duwtje":

duwtjes, duw

duwtje form of duw:

duw [de ~ (m)] nomen

de duw (duwtje; stoot; zet; por; stootje)
der Stoß; der Schlag; der Puff; der Bums; der leichter Stoß; der Anstoß; der Anprall; der Zusammenstoß
- Stoß [der ~] nomen
- Schlag [der ~] nomen
- Puff [der ~] nomen
- Bums [der ~] nomen
- leichter Stoß [der ~] nomen
- Anstoß [der ~] nomen
- Anprall [der ~] nomen
- Zusammenstoß [der ~] nomen

Translation Matrix for duw:

Noun	Related Translations	Other Translations
Anprall	duw; duwtje; por; stoot; stootje; zet	botsing; conflict; onenigheid; ruzie; twist
Anstoß	duw; duwtje; por; stoot; stootje; zet	aanmoediging; aansporing; aanzet; animering; doeltrap; impuls; initiatief; luim; opwekking; opwelling; prikkel; stimulans; stimulering
Bums	duw; duwtje; por; stoot; stootje; zet	bons; dreun; hengst; klap; knal; kwak; lel; mep; muilpeer; opdonder; opduvel; oplawaai; peut; pof; smak; stoot
Puff	duw; duwtje; por; stoot; stootje; zet	hengst; klap; lel; mep; muilpeer; opdonder; opduvel; oplawaai; opstopper; peut; stoot; triktrak
Schlag	duw; duwtje; por; stoot; stootje; zet	bliksem; bliksemflits; bliksemschicht; bliksemslag; bons; conciërge; dreun; duivenhok; duiventil; flits; hengst; jens; klap; klop; knal; lel; mep; muilpeer; olifantspijp; opdonder; opduvel; oplawaai; peut; pof; portier; ras; slag; soort; soulpijp; stoot; tik; toegebrachte klap; uithaal; vuistslag; wijde broekspijp
Stoß	duw; duwtje; por; stoot; stootje; zet	accumulatie; bons; botsing; conflict; harde slag; hoop; hort; klap; onenigheid; opeen knallen; opeenhoping; opeenstapeling; ophoping; opstapeling; pof; ruzie; schok; schokkende beweging; schop; stapel; stoot; trap; twist; voetbeweging; zwemslag
Zusammenstoß	duw; duwtje; por; stoot; stootje; zet	aanrijding; aanvaring; botsing; collisie; conflict; onenigheid; opeen knallen; ruzie; twist
leichter Stoß	duw; duwtje; por; stoot; stootje; zet
Other	Related Translations	Other Translations
Anprall		botsing

Related Words for "duw":

duwen, duwtje

Wiktionary Translations for duw:

duw

noun

een zet, een stoot
- duw → Schubs; Stoß

Cross Translation:

From	To	Via
• duw	→ Schubs; Stoß	↔ push — short, directed application of force; act of pushing

External Machine Translations: