Summary
Dutch to German:   more detail...
  1. geldgever:


Dutch

Detailed Translations for geldgever from Dutch to German

geldgever:

geldgever [de ~ (m)] nomen

  1. de geldgever (financier; geldschieter)
    der Finanzier; der Geldgeber
  2. de geldgever (suikeroom; geldschieter)
    der Erbonkel; der Zuckeronkel

Translation Matrix for geldgever:

NounRelated TranslationsOther Translations
Erbonkel geldgever; geldschieter; suikeroom erfoom
Finanzier financier; geldgever; geldschieter
Geldgeber financier; geldgever; geldschieter belegger; investeerder; kredietgever; leningverstrekker
Zuckeronkel geldgever; geldschieter; suikeroom

Related Words for "geldgever":

  • geldgevers