Summary
Dutch to German:   more detail...
  1. inkerven:


Dutch

Detailed Translations for inkerven from Dutch to German

inkerven:

inkerven verb (kerf in, kerft in, kerfde in, kerfden in, ingekerfd)

  1. inkerven (inkepen; kerven; een inkeping maken; kepen)
    einschneiden; einkerben
    • einschneiden verb (schneide ein, schneidest ein, schnitt ein, schnittet ein, eingeschnitten)
    • einkerben verb (kerbe ein, kerbst ein, kerbt ein, kerbte ein, kerbtet ein, eingekerbt)
  2. inkerven (groeven; insnijden)
    falzen; einschneiden; einkerben
    • falzen verb (falze, falzt, falzte, falztet, gefalzt)
    • einschneiden verb (schneide ein, schneidest ein, schnitt ein, schnittet ein, eingeschnitten)
    • einkerben verb (kerbe ein, kerbst ein, kerbt ein, kerbte ein, kerbtet ein, eingekerbt)

Conjugations for inkerven:

o.t.t.
  1. kerf in
  2. kerft in
  3. kerft in
  4. kerven in
  5. kerven in
  6. kerven in
o.v.t.
  1. kerfde in
  2. kerfde in
  3. kerfde in
  4. kerfden in
  5. kerfden in
  6. kerfden in
v.t.t.
  1. heb ingekerfd
  2. hebt ingekerfd
  3. heeft ingekerfd
  4. hebben ingekerfd
  5. hebben ingekerfd
  6. hebben ingekerfd
v.v.t.
  1. had ingekerfd
  2. had ingekerfd
  3. had ingekerfd
  4. hadden ingekerfd
  5. hadden ingekerfd
  6. hadden ingekerfd
o.t.t.t.
  1. zal inkerven
  2. zult inkerven
  3. zal inkerven
  4. zullen inkerven
  5. zullen inkerven
  6. zullen inkerven
o.v.t.t.
  1. zou inkerven
  2. zou inkerven
  3. zou inkerven
  4. zouden inkerven
  5. zouden inkerven
  6. zouden inkerven
en verder
  1. is ingekerfd
diversen
  1. kerf in!
  2. kerft in!
  3. ingekerfd
  4. inkervend
1. ik, 2. je/jij, 3. hij/zij/het, 4. we. 5. jullie, 6. zij/ze

Translation Matrix for inkerven:

VerbRelated TranslationsOther Translations
einkerben een inkeping maken; groeven; inkepen; inkerven; insnijden; kepen; kerven creneleren; in hout schrijven; insnijden; kerven
einschneiden een inkeping maken; groeven; inkepen; inkerven; insnijden; kepen; kerven coifferen; creneleren; doordouwen; doordringen; doorzetten; in hout schrijven; insnijden; kappen; kerven; knippen; penetreren; snipperen; verknippen; versnipperen
falzen groeven; inkerven; insnijden opvouwen; plooien; vouwen