Summary
Dutch to German:   more detail...
  1. jochie:
  2. Wiktionary:


Dutch

Detailed Translations for jochie from Dutch to German

jochie:

jochie [het ~] nomen

  1. het jochie (kleine jongen; jongetje)
    der Knabe; der Bube; der Kleine
  2. het jochie (klein jongetje)
    der Knabe; der Sprößling; der Knirps; der Kleine; der Wicht; Kerlchen; der Dreikäsehoch

Translation Matrix for jochie:

NounRelated TranslationsOther Translations
Bube jochie; jongetje; kleine jongen baasje; klein kereltje
Dreikäsehoch jochie; klein jongetje aardmannetje; boosaardige kabouter; dreumes; gnoom; hummel; kabouter; klein kind; kleintje; kobold; peuter; uk; worm; wurm
Kerlchen jochie; klein jongetje baasje; dreumes; gast; gozer; hummel; joch; kerel; klein kereltje; klein kind; kleintje; knakker; knul; man; peuter; uk; vent; ventje; worm; wurm
Kleine jochie; jongetje; klein jongetje; kleine jongen dreumes; hummel; klein kind; kleine; kleintje; peuter; uk; worm; wurm
Knabe jochie; jongetje; klein jongetje; kleine jongen dreumes; hummel; klein kind; kleintje; peuter; uk; worm; wurm
Knirps jochie; klein jongetje aardmannetje; baasje; boosaardige kabouter; dreumes; gnoom; hummel; kabouter; klein kereltje; klein kind; kleintje; kobold; onderdeurtje; peuter; uk; worm; wurm
Sprößling jochie; klein jongetje afstammeling; dreumes; hummel; jonge plant; klein kind; kleintje; loot; nakomeling; peuter; plantestekje; scheut; schoot; spruit; stek; stekje; telg; uk; worm; wurm
Wicht jochie; klein jongetje dreumes; hummel; klein kind; kleintje; onderdeurtje; peuter; uk; wicht; worm; wurm

Related Words for "jochie":

  • jochies

Wiktionary Translations for jochie:

jochie
noun
  1. gehoben, veraltend, süddeutsch: Kind männlichen Geschlechts
  2. männliches Kind
  3. junger Mann; Junge
  4. männliches Kind