Summary
Dutch to German:   more detail...
  1. klimaat:
  2. Wiktionary:


Dutch

Detailed Translations for klimaat from Dutch to German

klimaat:

klimaat [het ~] nomen

  1. het klimaat (weersgesteldheid; weer; weersomstandigheden)
    Wetter; Klima; die Wetterverhältnisse; die Witterung; die Witterungsverhältnisse; die Wetterlage
  2. het klimaat
    Klima

Translation Matrix for klimaat:

NounRelated TranslationsOther Translations
Klima klimaat; weer; weersgesteldheid; weersomstandigheden
Wetter klimaat; weer; weersgesteldheid; weersomstandigheden
Wetterlage klimaat; weer; weersgesteldheid; weersomstandigheden
Wetterverhältnisse klimaat; weer; weersgesteldheid; weersomstandigheden
Witterung klimaat; weer; weersgesteldheid; weersomstandigheden reuk; reukvermogen; reukzin
Witterungsverhältnisse klimaat; weer; weersgesteldheid; weersomstandigheden
OtherRelated TranslationsOther Translations
Wetter weer

Related Words for "klimaat":

  • klimaten

Related Definitions for "klimaat":

  1. het soort weer dat bij een land of streek hoort1
    • we wonen in een land met een regenachtig klimaat1

Wiktionary Translations for klimaat:


Cross Translation:
FromToVia
klimaat Klima climate — long-term atmospheric conditions
klimaat Klima climatensemble des conditions atmosphériques et météorologiques d’une région géographique donnée pendant un temps donné.