Summary
Dutch to German:   more detail...
  1. leertje:
  2. leer:
  3. Wiktionary:


Dutch

Detailed Translations for leertje from Dutch to German

leertje:

leertje [het ~] nomen

  1. het leertje

Translation Matrix for leertje:

NounRelated TranslationsOther Translations
Lederstückchen leertje

Related Words for "leertje":


leertje form of leer:

leer [de ~] nomen

  1. de leer (klimladder; ladder)
    die Leiter; die Stehleiter
  2. de leer (geloofsleer; leerstelling; leerstuk; lering)
    die Glaubenslehre

leer [het ~] nomen

  1. het leer (leder)
    – dierehuid die bewerkt is 1
    Leder

Translation Matrix for leer:

NounRelated TranslationsOther Translations
Glaubenslehre geloofsleer; leer; leerstelling; leerstuk; lering dogmatiek
Leder leder; leer
Leiter klimladder; ladder; leer aanvoerder; elektriciteitsgeleider; geleider; hoofd; hoofdman; hoofdmannen; hoofdonderwijzer; leider; leiders; leidsman; leidsmannen; opperhoofden; rector; schooldirecteur; schoolhoofd; voorman
Stehleiter klimladder; ladder; leer trapladder; trapleer

Related Words for "leer":


Related Definitions for "leer":

  1. aantal ideeën die samen een theorie vormen1
    • volgens de mohammedaanse leer mag dat niet1
  2. dierehuid die bewerkt is1
    • ik heb een tas van leer1

Wiktionary Translations for leer:

leer
noun
  1. aus zwei über Sprossen oder Stufen verbundene Längsstangen (Holmen) bestehendes Gerät, mithilfe dessen eine Person zu etwas hinauf- beziehungsweise von etwas hinabsteigen kann
  2. Material aus gerben Tierhaut

Cross Translation:
FromToVia
leer Haut; Fell; Leder hide — skin of an animal
leer Leder leather — material produced by tanning animal skin
leer Doktrin; Lehre; Lehrmeinung doctrine — (religion) philosophie|fr maximes, opinions, notions, postuler vraies, qui permettent d’orienter l’action humaine et d’interpréter les faits. Ce que l’on croire ou qu’on enseigner.