Summary
Dutch to German:   more detail...
  1. luchters:
  2. luchter:


Dutch

Detailed Translations for luchters from Dutch to German

luchters:

luchters [de ~] nomen, plural

  1. de luchters (kandelabers)
    die Armleuchter

Translation Matrix for luchters:

NounRelated TranslationsOther Translations
Armleuchter kandelabers; luchters achterlijke; dommerik; dwaas; idioot; oliekoek; onbenul; onnozelaar; onnozele kerel; simpele ziel

Related Words for "luchters":


luchters form of luchter:

luchter [de ~ (m)] nomen

  1. de luchter (kandelaber; kandelaar)
    der Kandelaber; der Leuchter; der Kronleuchter

Translation Matrix for luchter:

NounRelated TranslationsOther Translations
Kandelaber kandelaar; kandelaber; luchter
Kronleuchter kandelaar; kandelaber; luchter
Leuchter kandelaar; kandelaber; luchter

Related Words for "luchter":