Summary
Dutch to German:   more detail...
  1. opdrachtgevers:
  2. opdrachtgever:


Dutch

Detailed Translations for opdrachtgevers from Dutch to German

opdrachtgevers:

opdrachtgevers [de ~] nomen, plural

  1. de opdrachtgevers
    der Auftraggeber

Translation Matrix for opdrachtgevers:

NounRelated TranslationsOther Translations
Auftraggeber opdrachtgevers lastgever; lastgevers; opdrachtgever

Related Words for "opdrachtgevers":


opdrachtgevers form of opdrachtgever:

opdrachtgever [de ~ (m)] nomen

  1. de opdrachtgever (lastgever)
    der Auftraggeber; der Mandant

Translation Matrix for opdrachtgever:

NounRelated TranslationsOther Translations
Auftraggeber lastgever; opdrachtgever lastgevers; opdrachtgevers
Mandant lastgever; opdrachtgever tenant

Related Words for "opdrachtgever":