Dutch

Detailed Translations for puien from Dutch to German

pui:

pui [de ~] nomen

  1. de pui (voorgevel; façade; front; voorkant; gevel)
    die Fassade; die Ladenfront; die Freitreppe; die untere Front
  2. de pui (voorgevel; gevel; voorzijde)
    die Vorderseite; der Giebel; die Fassade; der Vordere Giebel; die Spitze; die Front; der Vorderrand; Gesicht; vordere Ende

Translation Matrix for pui:

NounRelated TranslationsOther Translations
Fassade façade; front; gevel; pui; voorgevel; voorkant; voorzijde aangezicht; façade; front; frontlijn; gevechtslinie; gevelbreedte; schijnvertoning; uiterlijke schijn; vooraanzicht; vooreind; vooreinde; voorkant; voorste gedeelte; voorzijde; vuurlijn
Freitreppe façade; front; gevel; pui; voorgevel; voorkant bordes
Front gevel; pui; voorgevel; voorzijde aangezicht; façade; front; frontlijn; gevechtslinie; gevelbreedte; vooraanzicht; vooreind; vooreinde; voorkant; voorste gedeelte; voorzijde; vuurlijn
Gesicht gevel; pui; voorgevel; voorzijde aangezicht; facie; gelaat; gezicht; toet
Giebel gevel; pui; voorgevel; voorzijde
Ladenfront façade; front; gevel; pui; voorgevel; voorkant winkelpui
Spitze gevel; pui; voorgevel; voorzijde aanvoeren; aanvoering; bergspits; bergtop; bovenkant; bovenzijde; culminatie; eerste plaats; franje; helmpluim; hoogst bereikbare punt; hoogst haalbare; hoogste punt; hoogtepunt; kant; kantkloswerk; kantwerk; leiding; passement; passementerie; piek; pluim; punt; summum; tonsuur; top; toppunt; torenspits; uitsteeksel; versierende omzoming; versiering van rafels; voorgaan; voorsprong; zenit
Vordere Giebel gevel; pui; voorgevel; voorzijde
Vorderrand gevel; pui; voorgevel; voorzijde façade; front; vooraanzicht; voorkant; voorrand
Vorderseite gevel; pui; voorgevel; voorzijde aangezicht; front; frontlijn; gevechtslinie; vooreind; vooreinde; voorkant; voorste gedeelte; voorzijde; vuurlijn
untere Front façade; front; gevel; pui; voorgevel; voorkant
vordere Ende gevel; pui; voorgevel; voorzijde vooreind; vooreinde; voorste gedeelte

Related Words for "pui":

  • puien, puitje