Summary
Dutch to German:   more detail...
  1. ruziemakers:
  2. ruziemaker:
  3. Wiktionary:


Dutch

Detailed Translations for ruziemakers from Dutch to German

ruziemakers:

ruziemakers [de ~] nomen, plural

  1. de ruziemakers (ruziezoekers; kemphanen; herrieschoppers; twistzoekers; herriezoekers)
    die Streithähne

Translation Matrix for ruziemakers:

NounRelated TranslationsOther Translations
Streithähne herrieschoppers; herriezoekers; kemphanen; ruziemakers; ruziezoekers; twistzoekers vechtersbazen; vechtjassen

Related Words for "ruziemakers":


ruziemakers form of ruziemaker:

ruziemaker [de ~ (m)] nomen

  1. de ruziemaker (vechter; haantje; kemphaan; )
    der Streithahn; der streitsüchtigePerson; der Kampfhahn

Translation Matrix for ruziemaker:

NounRelated TranslationsOther Translations
Kampfhahn haantje; kemphaan; ruziemaker; ruziezoeker; twiststoker; twistzoeker; vechter ijzervreter; kemphaan; knokker; messentrekker; ruziezoeker; vechtersbaas; vechtjas
Streithahn haantje; kemphaan; ruziemaker; ruziezoeker; twiststoker; twistzoeker; vechter herrieschopper; kibbelaar; querulant; ruzieschopper; ruziezoeker
streitsüchtigePerson haantje; kemphaan; ruziemaker; ruziezoeker; twiststoker; twistzoeker; vechter

Related Words for "ruziemaker":


Wiktionary Translations for ruziemaker:


Cross Translation:
FromToVia
ruziemaker streitsüchtig contentious — given to struggling

External Machine Translations: