Summary
Dutch to German:   more detail...
  1. schepster:


Dutch

Detailed Translations for schepster from Dutch to German

schepster:

schepster [znw.] nomen

  1. schepster (creator; maakster)
    die Autorin; die Schriftstellerin; die Schöpferin; die Dichterin

Translation Matrix for schepster:

NounRelated TranslationsOther Translations
Autorin creator; maakster; schepster auteur; auteure; dichter; dichteres; poëte; schrijfster; schrijver
Dichterin creator; maakster; schepster auteur; dichter; dichteres; poëte; schrijfster; schrijver
Schriftstellerin creator; maakster; schepster auteur; dichter; dichteres; poëte; schrijfster; schrijver
Schöpferin creator; maakster; schepster