Dutch

Detailed Translations for schilferend from Dutch to German

schilferend:


schilferend form of schilferen:

schilferen verb (schilfer, schilfert, schilferde, schilferden, geschilferd)

  1. schilferen (afschilferen)
    blättern; abblättern
    • blättern verb (blättere, blätterst, blättert, blätterte, blättertet, geblättert)

Conjugations for schilferen:

o.t.t.
  1. schilfer
  2. schilfert
  3. schilfert
  4. schilferen
  5. schilferen
  6. schilferen
o.v.t.
  1. schilferde
  2. schilferde
  3. schilferde
  4. schilferden
  5. schilferden
  6. schilferden
v.t.t.
  1. heb geschilferd
  2. hebt geschilferd
  3. heeft geschilferd
  4. hebben geschilferd
  5. hebben geschilferd
  6. hebben geschilferd
v.v.t.
  1. had geschilferd
  2. had geschilferd
  3. had geschilferd
  4. hadden geschilferd
  5. hadden geschilferd
  6. hadden geschilferd
o.t.t.t.
  1. zal schilferen
  2. zult schilferen
  3. zal schilferen
  4. zullen schilferen
  5. zullen schilferen
  6. zullen schilferen
o.v.t.t.
  1. zou schilferen
  2. zou schilferen
  3. zou schilferen
  4. zouden schilferen
  5. zouden schilferen
  6. zouden schilferen
en verder
  1. ben geschilferd
  2. bent geschilferd
  3. is geschilferd
  4. zijn geschilferd
  5. zijn geschilferd
  6. zijn geschilferd
diversen
  1. schilfer!
  2. schilfert!
  3. geschilferd
  4. schilferend
1. ik, 2. je/jij, 3. hij/zij/het, 4. we. 5. jullie, 6. zij/ze

schilferen [znw.] nomen

  1. schilferen
    Schiefern; Abschuppen; Abblättern

Translation Matrix for schilferen:

NounRelated TranslationsOther Translations
Abblättern schilferen
Abschuppen schilferen
Schiefern schilferen
VerbRelated TranslationsOther Translations
abblättern afschilferen; schilferen afbladderen; afkalven
blättern afschilferen; schilferen bladderen; bladeren

Related Words for "schilferen":