Dutch
Detailed Translations for smakkend eten from Dutch to German
smakkend eten:
-
smakkend eten (smakken)
Conjugations for smakkend eten:
o.t.t.
- eet smakkend
- eet smakkend
- eet smakkend
- eten smakkend
- eten smakkend
- eten smakkend
o.v.t.
- at smakkend
- at smakkend
- at smakkend
- aten smakkend
- aten smakkend
- aten smakkend
v.t.t.
- heb smakkend gegeten
- hebt smakkend gegeten
- heeft smakkend gegeten
- hebben smakkend gegeten
- hebben smakkend gegeten
- hebben smakkend gegeten
v.v.t.
- had smakkend gegeten
- had smakkend gegeten
- had smakkend gegeten
- hadden smakkend gegeten
- hadden smakkend gegeten
- hadden smakkend gegeten
o.t.t.t.
- zal smakkend eten
- zult smakkend eten
- zal smakkend eten
- zullen smakkend eten
- zullen smakkend eten
- zullen smakkend eten
o.v.t.t.
- zou smakkend eten
- zou smakkend eten
- zou smakkend eten
- zouden smakkend eten
- zouden smakkend eten
- zouden smakkend eten
en verder
- ben smakkend gegeten
- bent smakkend gegeten
- is smakkend gegeten
- zijn smakkend gegeten
- zijn smakkend gegeten
- zijn smakkend gegeten
diversen
- eet smakkend!
- eet smakkend!
- smakkend gegeten
- smakkend etend
1. ik, 2. je/jij, 3. hij/zij/het, 4. we. 5. jullie, 6. zij/ze
Translation Matrix for smakkend eten:
| Noun | Related Translations | Other Translations |
| Schmatzen | smakken; smakkend eten | |
| Verb | Related Translations | Other Translations |
| schmatzen | smakken; smakkend eten | donderen; onweren; opslobberen; slobberen |
| schmatzen beim Essen | smakken; smakkend eten |