Summary
Dutch to German:   more detail...
  1. steekwoorden:
  2. steekwoord:


Dutch

Detailed Translations for steekwoorden from Dutch to German

steekwoorden:

steekwoorden [de ~] nomen, plural

  1. de steekwoorden (trefwoorden)

Translation Matrix for steekwoorden:

NounRelated TranslationsOther Translations
Schlagwörter steekwoorden; trefwoorden
Schlüsselbegriffe steekwoorden; trefwoorden
Stichwörter steekwoorden; trefwoorden

Related Words for "steekwoorden":


steekwoord:

steekwoord [het ~] nomen

  1. het steekwoord
    Stichwort; Kennwort

Translation Matrix for steekwoord:

NounRelated TranslationsOther Translations
Kennwort steekwoord consigne; devies; herkenningswoord; kernwoord; lijfspreuk; motto; toegangscode; verkiezingsleus; wachtwoord
Stichwort steekwoord aanwijzing; consigne; tip; trefwoord; verkiezingsleus; vingerwenk; vingerwijzing; wachtwoord; wenk

Related Words for "steekwoord":