Summary
Dutch to German:   more detail...
  1. supporters:
  2. supporter:
  3. Wiktionary:


Dutch

Detailed Translations for supporters from Dutch to German

supporters:

supporters [de ~] nomen, plural

  1. de supporters (fans; aanhang; volgers)
    der Anhänger; der Fans

Translation Matrix for supporters:

NounRelated TranslationsOther Translations
Anhänger aanhang; fans; supporters; volgers aanhanger; aanhangers; aanhangwagen; aanhangwagens; aanhangwagentje; bijwagen; discipel; discipelen; etiketten; fan; labels; medestanders; navolger; ophanglussen; opleggers; partijgangers; prijskaartjes; supporter; trailers; volgeling; volgelinge; volgelingen; volger; voorstander
Fans aanhang; fans; supporters; volgers

Related Words for "supporters":


supporter:

supporter [de ~ (m)] nomen

  1. de supporter (aanhanger; fan)
    der Anhänger; der Fan; der Fanatiker

Translation Matrix for supporter:

NounRelated TranslationsOther Translations
Anhänger aanhanger; fan; supporter aanhang; aanhanger; aanhangers; aanhangwagen; aanhangwagens; aanhangwagentje; bijwagen; discipel; discipelen; etiketten; fans; labels; medestanders; navolger; ophanglussen; opleggers; partijgangers; prijskaartjes; supporters; trailers; volgeling; volgelinge; volgelingen; volger; volgers; voorstander
Fan aanhanger; fan; supporter bewonderaar; fan; fanaat; fanaticus; fanatiekeling; freak; ijveraar; maniak; vereerder; zeloot
Fanatiker aanhanger; fan; supporter aanhouder; doordrammer; fanaat; fanaticus; fanatiekeling; ijveraar; maniak; scherpslijper; zeloot

Related Words for "supporter":


Related Definitions for "supporter":

  1. wie een club aanmoedigt bij wedstrijden1
    • ome Dirk is supporter van Feijenoord1

Wiktionary Translations for supporter:

supporter
noun
  1. iemand die een bepaalde club steunt