Home ->Dictionaries ->Dutch/German ->Translate tamheid

Translate tamheid from Dutch to German

Summary

Dutch to German: more detail...

tamheid:
- Zahmheit
tam:
- zahm; gefügig; gehorsam; folgsam
Wiktionary:
- tam → zahm, folgsam, fügsam, gefügig, gehorsam

Dutch

Detailed Translations for tamheid from Dutch to German

tamheid:

tamheid [de ~ (v)] nomen

de tamheid (makheid)
die Zahmheit
- Zahmheit [die ~] nomen

Translation Matrix for tamheid:

Noun	Related Translations	Other Translations
Zahmheit	makheid; tamheid

Related Words for "tamheid":

tam

tam:

tam adj

tam
zahm; gefügig; gehorsam; folgsam
- zahm adj
- gefügig adj
- gehorsam adj
- folgsam adj

Translation Matrix for tam:

Modifier	Related Translations	Other Translations
folgsam	tam	dienstbaar; dienstwillig; gedienstig; gedwee; gehoorzaam; gewillig; inschikkelijk; meegaand; onderworpen; slaafs; soepel; toegeeflijk; toegevend; volgzaam; willig
gefügig	tam	buigzaam; flexibel; gedwee; gehoorzaam; gemakkelijk te hanteren; gewillig; handelbaar; hanteerbaar; in een handomdraai; inschikkelijk; kneedbaar; licht; lichtwegend; meegaand; moeiteloos; onderworpen; soepel; toegeeflijk; toegevend; vanzelf; volgzaam; vormbaar; zonder moeite
gehorsam	tam	bijkomstig; dienstbaar; dienstwillig; gedwee; gehoorzaam; gewillig; inferieur; inschikkelijk; meegaand; onderdanig aan; ondergeschikt; onderhorig; onderworpen; soepel; toegeeflijk; toegevend; volgzaam; willig
zahm	tam

Related Words for "tam":

tamheid

Wiktionary Translations for tam:

Cross Translation:

From	To	Via
• tam	→ zahm	↔ tame — not wild
• tam	→ folgsam; fügsam; gefügig; gehorsam; zahm	↔ obéissant — Qui obéir.