Home ->Dictionaries ->Dutch/German ->Translate terms

Translate terms from Dutch to German

Summary

Dutch to German: more detail...

term:
- Bezeichnung; Ausdruck
Wiktionary:
- term → Terminus, Term
- term → Begriff, Bezeichnung, Terminus, Term

Dutch

Detailed Translations for terms from Dutch to German

term:

term [de ~ (m)] nomen

de term (naam)
die Bezeichnung; der Ausdruck
- Bezeichnung [die ~] nomen
- Ausdruck [der ~] nomen

Translation Matrix for term:

Noun	Related Translations	Other Translations
Ausdruck	naam; term	afdruk; expressie; frase; gelaatsuitdrukking; gezegde; gezichtsuitdrukking; inleiding; introductie; print; proloog; taalschat; uitdrukking; uitdrukkingen; voorbericht; voorwoord; zegswijze; zin
Bezeichnung	naam; term	descriptie; frase; gezegde; grammaticaal predikaat; label; nadere beschrijving; omschrijving; predikaat; uitbeelding; uitdrukking; verwoording; zegswijze; zin

Related Words for "term":

termen, terms

Related Definitions for "term":

het woord voor iets¹
- 'roteren' is een technische term¹

Wiktionary Translations for term:

term

noun

een woord of uitdrukking
- term → Terminus

term

noun

Linguistik: ein Wort, Fachwort, einen Ausdruck, Begriff oder auch eine BezeichnungWikipedia-Artikel Terminus
- Term → term

Cross Translation:

From	To	Via
• term	→ Begriff; Bezeichnung; Terminus	↔ term — word or phrase, especially one from a specialised area of knowledge
• term	→ Term	↔ term — one of the addends in a sum

External Machine Translations:

¹Muiswerk Woordenboek