Summary
Dutch to German:   more detail...
  1. uitweiding:


Dutch

Detailed Translations for uitweiding from Dutch to German

uitweiding:

uitweiding [de ~ (v)] nomen

  1. de uitweiding
    die Ausweitung; die Exposition

Translation Matrix for uitweiding:

NounRelated TranslationsOther Translations
Ausweitung uitweiding
Exposition uitweiding expositie; invoering; tentoonstelling

Related Words for "uitweiding":

  • uitweidingen

External Machine Translations: