Summary
Dutch to German:   more detail...
  1. wrangheid:
  2. wrang:
  3. Wiktionary:


Dutch

Detailed Translations for wrangheid from Dutch to German

wrangheid:

wrangheid [de ~ (v)] nomen

  1. de wrangheid (bitterheid)
    die Bitterkeit; der Groll; die Verbitterung

Translation Matrix for wrangheid:

NounRelated TranslationsOther Translations
Bitterkeit bitterheid; wrangheid schamperheid
Groll bitterheid; wrangheid knorrigheid; kregelheid; verbittering; vijandelijkheid; vijandigheid; wrok
Verbitterung bitterheid; wrangheid verbittering; wrok

Related Words for "wrangheid":


wrang:


Translation Matrix for wrang:

ModifierRelated TranslationsOther Translations
herb wrang; zuur; zuur smakend bitter; bitterachtig; galachtig; hard; hardop; keihard; luid; onbewaakt; oorverdovend; rins; sec; zurig; zuur
sauer wrang; zuur; zuur smakend afgezaagd; bitter; boos; ellendig; ergerlijk; gebelgd; gepikeerd; geprikkeld; giftig; hard; hardop; irritant; kwaad; langdraadig; langwijlig; lastig; luid; melig; misnoegd; nijdig; ontevreden; ontstemd; rot; saai; verbolgen; vertoornd; vervelend; woedend; wrevelig; zeer boos
sauer schmeckend wrang; zuur; zuur smakend

Related Words for "wrang":

  • wrangheid, wranger, wrangere, wrangst, wrangste, wrange

Wiktionary Translations for wrang:


Cross Translation:
FromToVia
wrang sauer; herb tart — with sharp taste, sour