Summary
Dutch to German:   more detail...
  1. zwaarden:
  2. zwaard:
  3. Wiktionary:


Dutch

Detailed Translations for zwaarden from Dutch to German

zwaarden:

zwaarden [de ~] nomen, plural

  1. de zwaarden (scheepszwaarden)
    der Säbel; der Schwerter; der Degen
  2. de zwaarden (brede degens)
    der Schwerter; der breite Degen

Translation Matrix for zwaarden:

NounRelated TranslationsOther Translations
Degen scheepszwaarden; zwaarden brede degen; degen; degens; lange puntige degen; rapier; zwaard
Schwerter brede degens; scheepszwaarden; zwaarden degens
Säbel scheepszwaarden; zwaarden brede degen; degens; lange puntige degen; rapier; sabel; sabels; slagwapen; zwaard
breite Degen brede degens; zwaarden

Related Words for "zwaarden":


zwaarden form of zwaard:

zwaard [de ~ (m)] nomen

  1. de zwaard (brede degen)
    Schwert; der Säbel; die Klinge; der Degen; Rapier

Translation Matrix for zwaard:

NounRelated TranslationsOther Translations
Degen brede degen; zwaard degen; degens; lange puntige degen; rapier; scheepszwaarden; zwaarden
Klinge brede degen; zwaard kling; kling van een zwaard; lange puntige degen; lemmet; rapier
Rapier brede degen; zwaard lange puntige degen; rapier
Schwert brede degen; zwaard lange puntige degen; rapier; zwaard wapenkunde
Säbel brede degen; zwaard degens; lange puntige degen; rapier; sabel; sabels; scheepszwaarden; slagwapen; zwaarden

Related Words for "zwaard":


Wiktionary Translations for zwaard:

zwaard
noun
  1. een lang, scherp wapen

Cross Translation:
FromToVia
zwaard Schwert sword — weapon