Summary
Dutch to English:   more detail...
  1. draagbaar:
  2. Wiktionary:


Dutch

Detailed Translations for draagbaar from Dutch to English

draagbaar:

draagbaar [de ~] nomen

  1. de draagbaar (brancard; berrie; draagberrie)
    the brancard; the stretcher; the bearrier

Translation Matrix for draagbaar:

NounRelated TranslationsOther Translations
bearrier berrie; brancard; draagbaar; draagberrie
brancard berrie; brancard; draagbaar; draagberrie
stretcher berrie; brancard; draagbaar; draagberrie
AdjectiveRelated TranslationsOther Translations
comfortable draagbaar; goedzittend; te dragen aangenaam; behaaglijk; comfortabel; gemakkelijk; geriefelijk; gerieflijk; knus; plezierig; senang
ModifierRelated TranslationsOther Translations
well fitted draagbaar; goedzittend
well suited draagbaar; goedzittend

Related Words for "draagbaar":


Wiktionary Translations for draagbaar:

draagbaar
noun
  1. een baar waarop iets gedragen kan worden
adjective
  1. te dragen, met de mogelijkheid gedragen te worden
draagbaar
noun
  1. platform designed to carry a person or a load
  2. a stretcher having wheeled legs
  3. simple litter designed to carry a sick, injured, or dead person
adjective
  1. able to be carried

Cross Translation:
FromToVia
draagbaar stretcher civièredispositif munir de brancards sur lequel on porte à bras des fardeaux.
draagbaar portable portable — Que l’on peut déplacer