Summary
Dutch to English:   more detail...
  1. gelden:
  2. geld:
  3. Wiktionary:


Dutch

Detailed Translations for gelden from Dutch to English

gelden:

gelden verb (geldt, gold, gegolden)

  1. gelden (van kracht zijn)
    apply; to count
    • apply verb
    • count verb (counts, counted, counting)
    to weigh
    – show consideration for; take into account 1
    • weigh verb (weighs, weighed, weighing)

Conjugations for gelden:

o.t.t.
  1. geldt
  2. gelden
o.v.t.
  1. gold
  2. golden
v.t.t.
  1. heeft gegolden
  2. hebben gegolden
v.v.t.
  1. had gegolden
  2. hadden gegolden
o.t.t.t.
  1. zal gelden
  2. zullen gelden
o.v.t.t.
  1. zou gelden
  2. zouden gelden
diversen
  1. gegolden
  2. geldend
1. ik, 2. je/jij, 3. hij/zij/het, 4. we. 5. jullie, 6. zij/ze

Translation Matrix for gelden:

NounRelated TranslationsOther Translations
count aftellen; aftelling; aftelling voor lancering; optelling; samentelling; som; tel; tellen; telling
VerbRelated TranslationsOther Translations
apply gelden; van kracht zijn aangrijpen; aanwenden; benutten; bezigen; gebruik maken van; gebruiken; geneesmiddel toedienen; geven; ingeven; omleggen; solliciteren; toedienen; toepassen; utiliseren; verstrekken; zich aanmelden; zich melden; zich opgeven
count gelden; van kracht zijn aftellen; geld afpassen; passen; tellen
weigh gelden; van kracht zijn afwegen; met zorg wegen; wegen

Related Words for "gelden":


Related Definitions for "gelden":

  1. van toepassing zijn2
    • deze regel geldt niet meer2

Wiktionary Translations for gelden:

gelden
verb
  1. to be relevant to a specified individual

Cross Translation:
FromToVia
gelden look at; have to do with; watch; consider; deem; regard; view; see; pertain regarder — voir, observer

geld:

geld [het ~] nomen

  1. het geld (poen)
    the money; the bread; the cash; the pennies

Translation Matrix for geld:

NounRelated TranslationsOther Translations
bread geld; poen brood; tarwebrood
cash geld; poen centen; contant geld; duit; duiten; geldstukken; kasgeld; kasgelden; kasmiddelen; kasvoorraad
money geld; poen Valuta; centen; duit; duiten; geldstukken; money; valuta
pennies geld; poen centen; duiten; geldstukken
- poen
VerbRelated TranslationsOther Translations
cash geld in ontvangst nemen; in geld omzetten; incasseren; innen; uitbetalen; verzilveren
ModifierRelated TranslationsOther Translations
cash baar; cash; contant

Related Words for "geld":


Synonyms for "geld":


Related Definitions for "geld":

  1. munten of papier om mee te betalen2
    • ik heb geen geld bij me2

Wiktionary Translations for geld:

geld
noun
  1. means of exchange and measure of value
  2. money in the form of notes/bills and coins

Cross Translation:
FromToVia
geld money; dough GeldZahlungsmittel zur Wertaufbewahrung und zum Tauschen gegen Waren, Leistungen, Berechtigungen und anderes
geld money argent — Valeur monétaire
geld currency; money; change; coins; cash monnaie — économie|fr unité de mesure de la valeur et d’échange commercial (généralement émise par une institution officielle).

External Machine Translations:

Related Translations for gelden