Summary
Dutch to English:   more detail...
  1. hoogtij:
  2. Wiktionary:


Dutch

Detailed Translations for hoogtij from Dutch to English

hoogtij:

hoogtij [het ~] nomen

  1. het hoogtij (glorietijd; bloeitijd; hoogtijdagen; glansperiode)
    the heydays; the heyday; the high days; the glory days; the prosperous time; the golden age

Translation Matrix for hoogtij:

NounRelated TranslationsOther Translations
glory days bloeitijd; glansperiode; glorietijd; hoogtij; hoogtijdagen
golden age bloeitijd; glansperiode; glorietijd; hoogtij; hoogtijdagen
heyday bloeitijd; glansperiode; glorietijd; hoogtij; hoogtijdagen hoogtijdag
heydays bloeitijd; glansperiode; glorietijd; hoogtij; hoogtijdagen
high days bloeitijd; glansperiode; glorietijd; hoogtij; hoogtijdagen
prosperous time bloeitijd; glansperiode; glorietijd; hoogtij; hoogtijdagen

Wiktionary Translations for hoogtij:

hoogtij
noun
  1. climax, culminating point or phase