Summary
Dutch to English:   more detail...
  1. hoorapparaat:
  2. Wiktionary:


Dutch

Detailed Translations for hoorapparaat from Dutch to English

hoorapparaat:

hoorapparaat [het ~] nomen

  1. het hoorapparaat
    the hearing aid; the deaf-aid

Translation Matrix for hoorapparaat:

NounRelated TranslationsOther Translations
deaf-aid hoorapparaat gehoorapparaat; gehoorversterker
hearing aid hoorapparaat gehoorapparaat

Related Words for "hoorapparaat":

  • hoorapparaten

Wiktionary Translations for hoorapparaat:

hoorapparaat
noun
  1. toestel voor slechthorenden om het gehoor te versterken