Home ->Dictionaries ->Dutch/English ->Translate interim

Translate interim from Dutch to English

Summary

Dutch to English: more detail...

interim:
- interim; interval; gap

Dutch

Detailed Translations for interim from Dutch to English

interim:

interim [het ~] nomen

het interim (tussentijd; tussenpoos)
the interim; the interval; the gap
- interim [the ~] nomen
- interval [the ~] nomen
- gap [the ~] nomen

Translation Matrix for interim:

Noun	Related Translations	Other Translations
gap	interim; tussenpoos; tussentijd	barst; gaping; gat; gebrek; gleuf; groef; hiaat; inkeping; kier; kloof; lacune; leegte; leemte; manco; onderbreking; opening; reet; scheur; sleuf; split; uitsparing; zwakheid
interim	interim; tussenpoos; tussentijd
interval	interim; tussenpoos; tussentijd	interval; onderbreking; pauze; rust; rustpauze; rustpoos; rusttijd; speelkwartier; toonafstand; tussenpoos; verpozing
Adjective	Related Translations	Other Translations
interim		tijdelijke

Related Words for "interim":

interims

Related Translations for interim

interim-dividend