Summary
Dutch to English:   more detail...
  1. naar buiten turen:


Dutch

Detailed Translations for naar buiten turen from Dutch to English

naar buiten turen:

naar buiten turen verb (tuur naar buiten, tuurt naar buiten, tuurde naar buiten, tuurden naar buiten, naar buiten getuurd)

  1. naar buiten turen
    to peer outside
    • peer outside verb (peers outside, peered outside, peering outside)

Conjugations for naar buiten turen:

o.t.t.
  1. tuur naar buiten
  2. tuurt naar buiten
  3. tuurt naar buiten
  4. turen naar buiten
  5. turen naar buiten
  6. turen naar buiten
o.v.t.
  1. tuurde naar buiten
  2. tuurde naar buiten
  3. tuurde naar buiten
  4. tuurden naar buiten
  5. tuurden naar buiten
  6. tuurden naar buiten
v.t.t.
  1. heb naar buiten getuurd
  2. hebt naar buiten getuurd
  3. heeft naar buiten getuurd
  4. hebben naar buiten getuurd
  5. hebben naar buiten getuurd
  6. hebben naar buiten getuurd
v.v.t.
  1. had naar buiten getuurd
  2. had naar buiten getuurd
  3. had naar buiten getuurd
  4. hadden naar buiten getuurd
  5. hadden naar buiten getuurd
  6. hadden naar buiten getuurd
o.t.t.t.
  1. zal naar buiten turen
  2. zult naar buiten turen
  3. zal naar buiten turen
  4. zullen naar buiten turen
  5. zullen naar buiten turen
  6. zullen naar buiten turen
o.v.t.t.
  1. zou naar buiten turen
  2. zou naar buiten turen
  3. zou naar buiten turen
  4. zouden naar buiten turen
  5. zouden naar buiten turen
  6. zouden naar buiten turen
diversen
  1. tuur naar buiten!
  2. tuurt naar buiten!
  3. naar buiten getuurd
  4. naar buiten turend
1. ik, 2. je/jij, 3. hij/zij/het, 4. we. 5. jullie, 6. zij/ze

Translation Matrix for naar buiten turen:

VerbRelated TranslationsOther Translations
peer outside naar buiten turen

Related Translations for naar buiten turen